Alle berichten van David

De machtige Mercedes

HET PLAN 

Der Jan in de Rosandepolder, Oosterbeek

– A goal is a dream with a deadline –

Dit is te groot voor mij om alleen te doen, met de motor ben ik het gewend om alleen te reizen. De motor, de omgeving en ik, de waarnemer. In een auto is dat toch anders in een auto heb je plek voor meerdere mensen. En een auto is meer vervoer dan wat anders, vervoer dat heel aangenaam gemaakt kan worden door muziek en natuurlijk; gezelschap.

Voor dat gezelschap kan ik eigenlijk maar een iemand bedenken die net zo prettig gestoord is; de enige met wie ik dit ook zou willen doen op dit moment, en een van de weinigen waarvan ik weet dat als hij ja zegt, hij ook daadwerkelijk ja zegt. In deel 1 heb ik het over de barfly die avond na avond of weekend na weekend het hoogste woord heeft aan de toog. Hiermee wil ik zeggen dat kroegideeen en daadwerkelijke plannen met een doel nogal ver uit elkaar liggen. Dit is geen aanklacht, dit is gewoon realiteit; en ik ben hierin niet anders dan anderen, ook ik heb dikwijls “Yes, dat gaan we doen!” Geroepen om er vervolgens de volgende dag niet eens meer aan te denken. Of er wel aan te denken en direct me te realiseren, dat ik dat dus helemaal niet ga doen.

Ik bel Keoma en vertel hem mijn idee, een wild idee maar wel één met de serieuze intentie om er een plan van te maken. Hij is enthousiast, heel enthousiast. En we besluiten om een avond te plannen om in mijn 3 bij 5 appartementje, aan de bartafel te gaan brainstormen.

Keoma en Fritz

Keoma:

Vriend en zielsverwant: De dag dat ik Keoma leerde kennen wilde ik hem zijn nek omdraaien.

Jaren geleden woonde ik in een studentenhuis in Arnhem aan de Sonsbeeksingel. Het was er heerlijk smerig en we waren een kleurrijk stelletje malloten. Een meisje was vertrokken en er zou een nieuwe jongen komen wonen op de eerste verdieping, mijn oude kamer.

Ik sliep bij mijn toenmalige vriendin in Rotterdam en werd ’s nachts gebeld. Slaapdronken nam ik de telefoon op, het was Bas, een huisgenoot, of ik belangrijke spullen op de grond had staan naast mijn koelkast omdat die zou gaan ontdooien. In één klap was ik wakker en zag in gedachten mijn computer die naast de koelkast staat in een plas water vonken. Ja, godverdegodver, wat dan? Even een stop vervangen toch?

Het bleek iets anders te liggen, er was sluiting veroorzaakt omdat de nieuwe huisgenoot op zijn eerste dag in een of andere leiding in de muur had geboord en zo het hele huis zonder stroom had  gezet. Dit was ’s avonds en kon niet opgelost worden. 

De volgende ochtend ben ik vroeg in de auto gestapt en mijn eerste kennismaking met deze huisgenoot was een vrolijke jonge gast met een happy go lucky houding die ik niet begreep op dat moment. Ik weet nog dat ik dacht: Het lef om niet eens sorry te zeggen, terwijl je MIJN huis zonder stroom zet. Maar de ontwapenende glimlach en uitnodiging om die avond even kennis te maken ontaarde in een lege fles wijn en een half lege fles Jim Beam.

Een pact was gevormd, filosofische gesprekken waren gevoerd, de diepte werd niet geschuwd, wij waren vrienden. Klaar.

Vele tripjes Berlijn, nachten in Arnhem, maar ook een vette hike in Schotland verder wist ik dat deze dude die op zijn 17e met de FIETS naar en door Marokko was gefietst dit avontuur niet zou schuwen. Mijn vriend Keoma.

Route:

Een kleine twee weken later is het zo ver, al vrij snel worden we het eens over de route. Aanvankelijk wilden we via Italië naar Tunesië, maar dat betekent dat we daarna door Algerije moeten en dat is niet de meest handige keuze, tevens is deze route langer (lees: duurder) dan af te zakken door Spanje naar Tarifa en daar de boot te pakken naar Tanger, Marokko.

Ok, de route is duidelijk, globaal dan. Want welke grensovergang we waar pakken dat komt allemaal later wel als we ons hebben in gelezen over de do’s en don’ts van grensovergangen in west Afrika. Maar tijdens dit globale plannen komen er al allerlei andere ideeën naar voren: Boulderen in Fontainebleau, Surfen aan de Atlantische kust, gieren kijken in Spanje en natuurlijk boulderen in Oekaimeden, Marokko.

Het wordt dus Nederland, België, Frankrijk, Spanje, Marokko, Western Sahara, Mauritanië, Senegal en Gambia.

De auto:

Op dit moment zijn we beiden in het bezit van twee prachtige Volvo’s uit eind jaren ’60, begin jaren ’70. Nee, geen Amazone, het zijn beiden Volvo 164’s, serieus de meest soepele auto die ik tot op de dag van vandaag gereden heb. Wat een heerlijke bak. Met een 3 liter, 6 cilinder benzinemotor zo sterk maar bescheiden, helemaal omdat we beiden de automatenbak erachter hebben liggen. Man Man wat heb ik genoten van dat ding, de keren dat hij reed in ieder geval. En gelukkig (anders had ik dit nooit kunnen doen) waren we welkom in de garage van de vader en de broer van Keoma; Garage Jacobs in Nuland. Wat hebben wij een uren en een weekeinden gesleuteld, met schik, met geouwehoer, met muziek aan en maar slenteren tussen die enorme wagens. Echt geweldig dat dat gewoon kon. 

Volvo 164 liefde

Vanwaar dan deze introductie, nou we gaan het vervoer uitzoeken. Een Volvo natuurlijk, een vette 850 Estate zoals een Stationwagen bij Volvo heet of een 940 of 740. 

Na wat gescroll op marktplaats en de website Speurders blijken dit soort Volvo’s aan de prijzige kant maar niet onbetaalbaar, zeker niet onbetaalbaar.

Echter uit iets meer onderzoek blijkt dat de keuze voor een Volvo (waarbij voor ons de bouwkwaliteit buiten kijf staat, lees: betrouwbaarheid) een hele ongelukkige is. Nogmaals niet vanwege de vraag of we het wel zouden halen met een Volvo, maar omdat blijkt dat in Afrika Volvo’s totaal niet courant zijn. Shit, nieuw plan. 

Franse auto’s zijn gewild, Peugeot met name. We kijken elkaar aan.. nope. Of Toyota Landcruisers, maar na een korte blik op marktplaats blijken die onbetaalbaar te zijn voor ons. Ineens begint er een lampje te branden,  wat zie je overal in Afrika rijden? Juist Mercedes! Een merk dat tot nu toe totaal geen interesse van ons beiden heeft kunnen wekken. Maar na onderzoek blijkt dat het go-to merk te zijn. Mercedes staat in mijn hoofd gelijk aan de auto waar de fortuinlijke boer zich mee verplaatst en met taxi’s, en nu dus ook met Afrika!

Wederom de marktplaats lakmoesproef en verrek, er zijn er enkele die onder de 1000 euro zijn. 

We stellen een budget op en besluiten tot € 750,00 uit te willen geven aan vervoer. Waarschijnlijk aan een Mercedes want de auto heeft twee functies in ons plan:

  1. Het moet ons in Gambia zien te krijgen*
  2. Hij moet daar verkoopbaar zijn zodat we iemand blij kunnen maken met een auto die inkomen kan genereren bijvoorbeeld als taxi.

*We hebben afgesproken dat het leuk zou zijn om in Gambia aan te komen, maar dat het doel niet heilig is. Als de auto ermee kapt of we kunnen om een andere reden onze reis niet vervolgen dan is dat wat het is. Vandaar ook de ideeën om te gaan boulderen, surfen en wat er nog meer op ons pad komt gewoon te laten gebeuren. We weten dat we een klein budget hebben en ja zoals de Engelsen dan zeggen: “ Beggers can’t be choosers” 

Marktplaats werd ingesteld en de tijd zou onze vriend zijn bij het vinden van een reiskompaan.

Anderhalve maand later vielen we met de neus in de boter, de Nederlandse regering had besloten vanaf dit jaar een extra dieseltax te gaan heffen om vervuilende diesels extra duur te maken in de wegenbelasting. Wat betekende dat voor veel diesel eigenaren het hartstikke duur werd om de wegenbelasting nog langer te betalen. 

Mijn wens was vooral om een goede auto naar Gambia te rijden in plaats van het dumpen van oude gare troep. Daarbij was ook mijn wens om de auto ruim voor vertrek aan te schaffen om deze van dichtbij te kunnen bekijken en een onderhoudsbeurt te geven. 

Een alert, marktplaats, een Mercedes 300D uit 1986 te koop aangeboden, ergens achter Nieuw- Leusen voor € 750. Ik bied € 600 en mag komen kijken.

Op een goede zaterdag rijd ik met mijn broertje naar een boerengehucht waar ik twee jonge gasten aantref met een enorme witte mercedes. Ik maak een proefrit en sla steil achterover van het comfort en rijgemak. Het is een 3.0 zescilinder diesel. Een tank van een wagen met alles erop en eraan behalve airco. Maar met automaat en open dak. Ik overleg kort met Keoma over de telefoon en besluit de tank mee naar huis te nemen.

Der Jan is aangeschaft, de eerste grote stap in de richting van het avontuur is gezet.

De naam kwam vlak voor vertrek ineens naar boven omdat we beiden onder de indruk waren van de enorme kracht die onze nieuwe reisgezel in zich droeg. Geen turbo, gewoon pure dieselpower.

Mercedes 300D – Goedgekeurd!

Der Jan is vernoemd naar Jan Hojer, een Duitse worldcup Boulderaar die zo belachelijk sterk is dat hij regelmatig de grepen van de routes uit de wand trekt.

Arnhem – Gambia

HET IDEE

Jongens waren we, maar aardige jongens

Het moest anders! Wat moest anders? Mijn leven natuurlijk.. Ik had al lang geleerd dat het niet aan anderen lag, niet aan de grote boze buitenwereld maar aan mijzelf. Ook zo nu.

Het is 01:27 u. En de barvrouw kijkt me meewarig aan. 

Ik bevind me in de kroeg op de hoek, de fantastische kroeg op de hoek mag ik wel zeggen! Het is een begrip, een toevluchtsoord genaamd Nescio. Vaak het trefpunt van bijzondere ontmoetingen, vlagen van inspiratie, soms verdriet en misschien wel het allerbelangrijkste; ongecompliceerde pret!

En toch zoom ik uit en zie ik een vriendelijke jongen met goede bedoelingen aan de bar hangen. Hij wil van alles maar blijft regelmatig (terug)vallen in datgene wat hij al kent. Logisch natuurlijk, mensen zijn gewoontedieren, maar als je niet blij bent met bepaalde gewoonten dan kost het verrekte veel moeite om daar wat aan te veranderen. 

De jongen is verdrietig, het ligt niet aan het bier. De mythische Deugniet smaakt zoals alleen een Deugniet de papillen kan verwennen, goddelijk dus. 

Is het de barvrouw? Nee, de half Griekse schoonheid achter de bar is inmiddels een vriendin van hem en ze maakt voornamelijk deel uit van de component pret. Tinderen doen ze samen, zij swiped en hij date het resultaat en neemt de dames steevast mee naar het café waar ze geswiped zijn.

Ondertussen beoordeeld zij de vangst. Dit leidt dikwijls tot hilarische momenten zonder dat het ten koste gaat van iemand, good fun.

Wat het dan wel is? Hij heeft zich zojuist gerealiseerd dat hij na een gesprek aan de bar met een random iemand behoort tot de: Geen daden maar woorden- harde kern. Iedere kroeg kent ze, de mensen die bijvoorbeeld iedere vrijdagmiddag om het hardst de tofste plannen bedenken en de gaafste bedrijven uit niks opzetten, in hun hoofd en vooral aan tafel. Om vervolgens de volgende dag met een houten kop wakker te worden om hun plaats in te nemen in de wachtrij voor de sneltrein van sleur ende schijnzekerheid.

Als je op dat moment zijn vriendin achter de bar had gevraagd of zij hem ook zo zag, dan had ze in alle eerlijkheid waarschijnlijk ontkennend geantwoord, hij is dat type niet, hij doet al tijden dingen die anderen niet doen. Niet omdat het moet maar omdat zijn interesses vaak elders liggen. 

Toch voelt hij zich zo, hij zit hier, alleen aan de bar om half twee ’s nachts op donderdag, vrijdag of is het zaterdag? Zondag misschien?

En zojuist heeft hij weer een belofte met zichzelf gebroken, het was simpel echter niet makkelijk: Ergo daarom is het niet gelukt. De opdracht was zoals zo vaak: Een drankje, misschien twee, maar maak het sowieso niet te laat! Nu is te laat een ruim begrip, maar voor iemand die meestal voor tien uur in bed ligt is half twee betrekkelijk laat. Tijd om hier verandering in te brengen, maar ja is dit niet precies datgene wat ik zo vervloek? 

Want ja, de hij in dit verhaal ben ik natuurlijk, uw auteur. 

Of nou ja, vervloek is wat overdreven, ik hou van gebierosofeer, alleen te vaak heb ik me schuldig gemaakt aan het niet nakomen van afspraken of verbonden die gesmeden werden op ‘die’ avonden. Dus vervloeken is wat overdreven, wat ik wel geleerd heb is dat op dit moment hier aan de bar met mezelf wat afspreken net zo zinvol en betrouwbaar is als vragen aan een hond om niet aan de koekjes op tafel te komen wanneer je de kamer verlaat voor een uurtje of twee. Het zegt niks en je kan het de hond ook niet kwalijk nemen. Datzelfde geldt natuurlijk voor drinken, het deel van de remmingen in je brein zit in je prefrontale cortex, dat deel waar je dus de afspraken mee maakt is precies hetzelfde deel dat je verdoofd met het drinken van alcohol. Dus alle van te voren bedachte stellingen ten spijt, als je diezelfde cellen dronken voert blijft er verdomd weinig over wat zegt dat je beter een glaasje water kan nemen of naar huis moet gaan. Ik weet wel beter.

Maar nu dus niet, nu ben ik aangeschoten.

Auw mijn hoofd, ik was niet aangeschoten.. Dekselse Deugniet! Oh nee, dekselse ik, I do it to myself.

Wat ik wel was, oh ja, ik had een melancholisch moment, neen een moment van besef. Ik ging een richting op die ik mezelf niet per definitie op zag gaan, die ik niet op wilde gaan!!

Dat was het, de richting van Kletsmajoor de Eerste aan de bar. Verhalen te over, daden schier afwezig. Tijd om weer eens de vraag te stellen: Wat wil ik ook alweer met mijn leven? Wat wil ik het aller-allerliefste? Het antwoord weet ik, maar telkens als ik het hardop zeg dan merk ik twijfel en ongeloof bij mezelf. De allereerste tegenwerping is en blijft ook altijd hetzelfde; Daar heb ik toch geen geld voor. 

Toch wel een heel sterk programma wat draait bij mij op de achtergrond, niet: Ik heb er nu even geen geld voor, ik ga ervoor sparen of ik ga het doen. Nee, ik heb er geen geld voor, verdomd definitief en absoluut als uitspraak.

Ok, wat is het dan? Waar heb ik dan geen geld voor? De wereld over reizen per motor natuurlijk! 

Het is eind december 2014, buiten is het koud en binnen staat de beamer aan op de wand van mijn veredelde studentenkamer aan de DeWiltstraat. Het is een superfijne en heerlijk kleine plek en met de beamer kan ik toch 2mx2m op de muur films & series projecteren, maar ook.. Dakar 2015! Wat die gasten doen.. pfoeee. Vooral het kistrijders klassement. Ik weet niet hoe ik mijn bewondering voor deze mensen, nou ja mensen, moet beschrijven. 

In het kistklassement rijden dakar deelnemers met de motor die alles zelf doen. Geen team voor schoonmaken en onderhoud van de motorfiets. Nee, alles zelf! Oh ja en de onderdelen moeten mee in 1 kist van vooraf bepaald formaat. Een van de Nederlandse deelnemers is oud grand prix coureur Jurgen van den Goorbergh. Jurgen gooit hele hoge ogen, is snel, is superfit, maar is bovenal uit het juiste hout gesneden. En dat lieve mensen is altijd het allerbelangrijkste. Even los van het competitie element, maar waar je ook kijkt of het nou een militaire selectie is of een expeditie die uit de hand is gelopen. Het zijn zij die leren genieten van het afzien, zij die het lijden in het moment kunnen omarmen en zij die een ijzeren greep op hun geest hebben. Zij zijn het die prevaleren. 

Belangrijker nog dan kracht en training is de wil te overleven, de wil om af te zien, embrace the suck!

Mensen die dat goed kunnen die hebben bij mij een streepje voor, die vind ik tof. Jurgen is zo iemand, ik zie hem genieten, uitgeput als hij is heeft hij schik, heel veel schik. Hij geniet van de ervaring, de bakken zand en stof en het weinige slapen om vervolgens na een nacht sleutelen weer op je brommer te kruipen om de nieuwe dag aan te vallen.

En terwijl ik daar zit weg te mijmeren dringt de gedachte, nee het besef zich bij me op dat mij dat ook ontzettend tof lijkt! Echt heel heel tof!

Ik besluit het interweb te raadplegen en vraag me af wat deelname kost aan Le Dakar?

Al vrij snel kom ik achter bedragen van ver ten noorden van de € 25.000, tevergeefs, maar toch, raadpleeg ik mijn bankrekening. Deksels -€ 2.000, alweer.. of nee.. nog steeds.

Teleurgesteld zak ik terug op de bank, dat leek me echt zo vet om te doen. Maar iets binnen in me veert onmiddellijk weer op en geeft me een schop onder mijn hol. Niet kijken naar wat niet kan, wat kan er wel? Wat ligt er binnen mijn  cirkel van invloed? 

Hmm eens denken ik heb ooit gehoord van de Antwerpen – Banjul Challenge, hmm het oude continent Afrika, waar natuurlijk de originele Parijs – Dakar (Senegal) over/ doorheen ging. Echter door terrorisme dreiging zijn ze uitgeweken naar Zuid- Amerika. 

Maar hoe vet is dat, om de originele variant te gaan doen? Ik check de website en kom op enorm veel goede tips en een inmiddels iets verouderd kosten plaatje maar hee! Het is een stuk dichter bij mijn – €2.000 dan bij die dik+ €25.000, dit biedt zowaar perspectief.. Hij die zoekt..

Mijn enthousiasme neemt zoals wel vaker grootse vormen aan. Ik denk dat het kan, ook de bestemming Banjul staat me aan. Ik ben eerder in Gambia geweest en ken daar via mijn oom wat mensen. Dan komt de tegenslag/ meevaller: Het valt buiten de schoolvakantie. Oftewel ik kan dan helemaal niet, ik ben leraar en kan niet zomaar twee weken weg buiten de vastgestelde vakantie data. Wat was dan de meevaller? Nou dat ik niet graag in groepen reis, de deal bij deze reis is dat je op elkaar wacht bij de grensovergangen om zodoende samen de papierwinkel in orde te laten maken om de grens over te kunnen steken. Echt een topidee want iedereen die zich er een beetje in heeft verdiept weet dat zelfs in Afrika-light (Marokko niet zozeer, maar Mauritanië weldegelijk) de grensovergangen een uitdaging kunnen vormen. Kortom ik kom tot de enige logische conclusie, dit ga ik zelf doen. Nee, het is geen half twee ’s nachts en ik zit niet met een stuk in mijn kraag te wankelen op een barkruk. Ik besluit het idee te testen bij twee mensen. Beiden lachen ze en zeggen iets in de trant van: “ Haha ja joh heb je een doodswens? Of Mauritanië zit Al Qaida daar niet?” – Geweldig, nu lijkt het me niet alleen een goed idee, nu ben ik ervan overtuigd dat ik dit ga doen. Al die andere dingen, geld voor brandstof, het vervoer überhaupt en oh ja Al Qaida moeten maar even wachten.

Een idee is geboren! Tijd om er een plan van te maken!

– David –

Pyreneeën Episode 3

Motorcamping Auvergne – Camping Les Floralys, Narbonne

Dag 1 samen rijden met Erwin en Conan

Goodmorning Donkey!

Het was gezellig en de biertjes smaakten prima, maar nu is het dan echt tijd om samen te vertrekken. Eindelijk! Eindelijk? Ja, eindelijk! Het is inmiddels alweer 3 jaar geleden dat we onze laatste echte motorvakantie samen hebben beleefd. Weliswaar met twee compleet andere motorfietsen. Motorfietsen die dichter bij elkaar lagen qua gebruiksdoel en vooral ook performance dan onze huidige varianten. 

Ook aan die vakantie heb ik prachtige herinneringen, eigenlijk maakt het niet uit hoe of waar we heen gaan, of waarmee, het is altijd easy going en precies goed. Meestal weten we snel de vibe van de vakantie aan te voelen en vervolgens gaan we met de flow mee.

Met de trouwe Aprilia (SL1000 Falco) en Honda (VFR 750 F dus) hebben we meermaals genoten van de Pyreneeën, de Alpen en Noorwegen. Daarnaast zijn we met allerlei soorten auto’s naar Berlijn op en neer gehobbeld, en altijd schik. Nadat de Aprilia werd verkocht en tijdelijk een Transalp 650 de honneurs mocht waarnemen (meestal samen met welk project er in de garage stond) werd het tijd voor Erwin om de grote knoop door te hakken. Hij als ras kampeerder (grapje) was toch wel verliefd geworden op het adventure idee.. En geef hem eens ongelijk.

Inmiddels hebben we er al honderduizenden asfalt kilometers op zitten en dan lonkt toch het onbekende en gevoelsmatig onbegrensde van het offroad rijden. Want hoe gaaf is het als je (beperkt tijd hebt  en) ergens naartoe kan blaffen via de snelste weg om vervolgens daar de mooie weggetjes op te zoeken. En in dit geval konden we niet misgaan, al was het offroad rijden niks geworden dan hadden we nog steeds het stuur walhalla van Europa te pakken, juist de Pirineos! Wat mensen die alleen in de alpen hebben gereden zich moeilijk kunnen voorstellen (begrijp me niet verkeerd ik hou van de Alpen) is dat er in de Pyreneeën een haast onuitputtelijk perfect asfalt lint ligt met alle soorten bochten die je je maar kan voorstellen met vrijwel geen medeweggebruikers, het is raar maar waar. Tenminste in het voorjaar, als wij er altijd zijn 😉

Kortom lukt het niet of zijn de routes te heftig dan kunnen we altijd nog zwieren zwaaien over de droomwegen die dankzij de Europese Unie zijn aangelegd en soms alleen een klein dorpje in de bergen als bestemming hebben, hilarisch en gegarandeerd schik.. oh ja en daar kwamen we toch voor?

Goed de knoop moest doorgehakt worden, wikken en wegen, wordt het een Africa Twin, Een KTM of toch een Moto Guzzi Stelvio NTX? Een Honda Varadero misschien? Een GS? In één ding was hij stellig, een GS wordt het niet. Ook de Aprilia Capo Nord kwam geloof ik nog even voorbij. Want tot de Aprilia Falco werd verkocht heeft het ding verdomd veel betrouwbare kilometers weggetikt meer dan we beiden van te voren hadden verwacht. En ja, tijdens onze laatste vakantie in Noorwegen ging hij helaas stuk. Maar verder, kei van een motorfiets! Uiteindelijk werd de knoop doorgehakt en al vrij snel waren de motorgoden mijn vriend goed gezind en brachten ze hem op het pad van een relaxte eerste eigenaar van een KTM 1190 Adventure R, een hele mond vol, vanaf nu zal ik de bijnaam gaan gebruiken: Conan. Waarom Conan? Heb je zo’n ding weleens gezien? Erwin is geen kleine jongen maar deksels dat is me een partij motorfiets, met onder dat Allroad uiterlijk een onvervalst koppelrijk beest van een blok, de LC8. En dan niet de eerste variant ervan. Pin me niet vast op de cijfers maar rond de 150pk…? Heel veel in ieder geval. Vanaf dag één was dit de juiste keuze, en precies de tool die Erwin op zijn wensenlijstje had staan om, zoals ook deze vakantie, in één dag 1000km te overbruggen (als het moet) en vervolgens relaxed op een zandpad te gaan cruisen met ondergetekende. 

Erwin en zijn Conan in de happy zone

Heel gaaf en heel dik dus. Maar, er is natuurlijk een keerzijde aan al dat geweld..

Waar ik met de VFR flink in de toeren jankend en gebruik makend van de sublieme stabiliteit in de bochten vooral berg op de Aprilia prima bijhield (naar beneden kreeg ik het niet bijgeremd als we er echt voor gingen zitten) daar staan we nu voor een uitdaging. 

Ik ben niet iemand die zich snel druk maakt om de mening van een ander over mij, dat klinkt misschien niet best, maar het is wel zo. Ik ben weinig bezig met wat een ander van me vind, nee dat is niet altijd zo geweest en ja daar voel ik me prima bij. Ik ben al enige jaren van mening dat zolang ik een ander niet bewust leed berokken het niet aan mij is om te vragen of alles ok is, of dat ik zus of zo wel goed doe.

Maar nu is het anders, al tijdens de koffie ’s morgen op de motor camping waarschuw ik Erwin over mijn snel(traag)Heid ivm het olie overschot dat zich anders tussen mijn cilinders presenteert. Erwin doet niet moeilijk, uiteraard niet. Toch kan ik het niet helpen als we al na twee kilometer een prachtige stuurweg oprijden, om mezelf af te vragen of dit wel goed gaat komen. Erwin beschikt over 150 pk en een machine die ‘ ready to race’ is.. Ik beschik over een machine die is aangeschaft door het Nederlandsche leger om het ‘ rode gevaar’ het hoofd te bieden. Waarom doet dat er toe? Nou om voor defensie als bruikbaar voertuig aangeschaft te worden hebben ze van het al niet enorme vermogen van 48pk van de originele V50-III, de compressie verlaagd waardoor er een schamele 34 pk over is gebleven.. in 1985.

Dat betekent dat een groot deel van die paarden inmiddels op leeftijd is, en als je dan ook nog niet boven de 90 kan rijden of het bloed van de paarden begint eruit te lopen tja dan heb je misschien wel een mismatch te pakken..

Kortom, ik zie de bochtjes, ik zie Erwin voor me rijden (eigenlijk altijd, dat vinden we allebei het fijnst, hij navigeert namelijk als een volleerd zeeman en weet altijd in no time gave weggetjes te vinden en daarbij komt nog een andere skill maar daar heb ik het later nog over), we voeren het tempo op en duiken van de ene in de andere bocht en dan ineens denk ik “ shit ik houd hem hartstikke op” want telkens als we in de buurt van de 90 komen ga ik van het gas. En laat hem teruglopen naar de 85. Dit had ik ook eerder kunnen bedenken, Donkey is namelijk niet alleen traag en klein. Nee, Donkey zit ook niet als een lange afstandsfiets.. Ik doe wat ik kan om bochten met mijn kruissnelheid van 85 te nemen zodat ik Erwin niet teveel ophoud. De bochten worden iets krapper en wat Donkey wel kan is heel kort afdraaien, oftewel in een bocht nog dieper de bocht in zonder problemen.. Dan hebben we het natuurlijk over rechterbochten, aan de linkerkant klinkt er regelmatig geschraap. Ook zou ik er iets later achter komen dat deze rijstijl misschien wat teveel van het goede is voor 50/50 noppenbanden.

Erwin lijkt ook even te moeten wennen aan het tempo wat op zijn machine bijna in zijn één nog te langzaam is, maar, de weggetjes zijn zo vreselijk mooi omdat we (goddank) grote wegen moeten mijden en al vrij snel zitten we in een zwierezwaai ritme met beiden een enorme grijns in onze helm. 

We rijden via de Aubrac en hoewel we het weten worden we er toch maar weer eens aan herinnert hoe verschrikkelijk mooi Frankrijk kan zijn, poe wat is dit genieten zeg! Heerlijke wegen, prachtig weer en verdomd veel goede zin. En ondanks de aanvankelijke mismatch van machines, of nee het aanvankelijk kalibreren van de huidige set up waarmee wij boezemvrienden op pad gaan is het op binnenwegen waar ik zowaar de maximum snelheid kan halen toch echt heel erg genieten. Nu al een klassieker van een vakantie.

Al draaiend en genietend, remmend en schakelend alsof Donkey en ik al jaren éen zijn voel ik een verbondenheid met deze machine die moeilijk in woorden te vangen valt. Toch blijf ik het proberen.

Korte pauze en bagage check onderweg naar Zuid- Frankrijk

Ik geniet met volle teugen van de dikke blaf uit de demper van de KTM voor me. Niet aso, gewoon goed een diepe V2 grunt. We rijden over een kam richting de Aubrac, links en rechts kijken we uit over de vele glooiende velden die Frankrijk rijk zijn. Ik raak in de zone, alles gaat automatisch en na een korte banaan en pispauze, dwalen mijn gedachten af. Ineens merk ik een brok in mijn keel, we zijn er nog, we zijn er godverdomme nog!! Ik sla met mijn vuist schuin naar voren een gat in de lucht! Fuck Yeah! Schreeuw ik in mijn helm met een toch al wat hese stem van de dichtgeknepen keel en de zilte sporen van tranen die ineens over mijn wangen hun weg naar de rand van mijn motorjas zoeken.

Een jaar geleden zat ik nog verdwaasd voor me uit te kijken. Wat drie maanden geleden was ik nog niet eens in staat om een stuk fatsoenlijk motor te rijden. Ik was ziek. Maar een jaar geleden was ik net 5 maanden ziek. Een aantal keer een korte opleving met bijbehorende hoop dat ik genezen zou zijn, dat het klaar was. Dat ik weer ‘ normaal’  door het leven kon. Niets bleek minder waar. Ik heb me sinds 2012 niet meer zo ellendig gevoeld. Maar met alle lessen praktiserend van mentale training die ik heb mogen internaliseren de afgelopen jaren, de juiste hulp en liefde van mensen om me heen ben ik er doorheen gekomen. 1,5 jaar heeft het geduurd maar nu lijkt het achter me te liggen. Het ergste in ieder geval, het zal nog wel even duren voor mijn conditie weer is wat hij was op het moment dat ik ziek werd. Maar dat doet er eigenlijk niet toe, dat is een proces van iedere dag een stapje trainen/ rust nemen tot het weer opgebouwd is. Wat er wel toe doet is dat ik weer mobiel ben, ik kan weer motorrijden! En hoewel ik helemaal geen geld heb voor een vakantie voelde ik dat ik dit zo nodig had. Motorrijden/ motorvakantie staat in mijn  top drie van dingen die ik het aller- allerliefst doe.. En nu is het zover, klopt ik ben al een aantal dagen onderweg, maar het feit dat we hier rijden, met machines waar we allebei drie jaar geleden nooit aan zouden hebben gedacht is voor mij een prachtig voorbeeld van de onvoorspelbaarheid van het leven. En ik heb het al vaker gezegd en zal het hier nog eens herhalen, ik geloof niet in de maakbaarheid van het leven, wel geloof ik in de stuurbaarheid ervan. De motoren hadden we van te voren niet kunnen bedenken, maar, mits gezond en wel, het feit dat Erwin en ik weer eens op een prachtige dag richting de Pyreneeën zouden gaan.. Daar was ik eigenlijk wel van overtuigd.

Genoeg gemijmerd, ik mag best even stil staan bij mijn hardships van afgelopen jaar en terwijl ik dit schrijf raakt het me nog steeds. En wederom krijg ik vochtige ogen bij de realisatie dat ik alles weer kan!! En nu? Door met genieten natuurlijk! 

We doorkruisen de Aubrac en kijken onze ogen uit, Erwin is er ook aan toe. Ook bij hem waren er best een hoop veranderingen aan de gang. Daarna rijden we parallel dan weer links en dan weer rechts over de b-weg aan de A-75 zuidwaarts. Ineens komen we door een stuk waar het lijkt alsof de tijd stil heeft gestaan. Het formaat rotsen lijkt op dat van schuurtjes maar dan rotsen met allerlei gaten erin en de weg wordt super smal! Heel toffe beleving. Het weer is wisselend heel zonnig en dan ineens een paar donkere wolken en dan weer zon, wat een heerlijke eerste dag! 

Hallaubrac!

De kriebels om na al mijn TET Frankrijk kilometers van de afgelopen dagen weer terug te keren naar het onverharde zijn best aanwezig. Vandaag gaan we dat echter bij lange na niet halen.

Het is eind van de middag en we gaan op zoek naar een overnachtingsplek. 

Weet je nog dat ik een aantal alinea’s hierboven vertelde dat Erwin naast dat hij een prima navigator is tijdens onze motorreizen een andere kwaliteit bezit (meerdere uiteraard maar daar gaat het nu niet om) die hem de uitgelezen persoon maakt van ons tweeën om het navi werk voorop te doen. Dat is de skill om altijd, serieus.. altijd, een supervet onderkomen te vinden. Of het nu gaat om een hotel of een camping hij weet in no time met het telefoontje in de hand een plek te vinden die (vaak) perfecte parking heeft voor de motoren, goed ontbijt en een goede prijs.. En vaak ook  nog op een leuke locatie. Als je dat aan mij overlaat dan zou ik niet eens weten waar ik moet beginnen met zoeken tussen de 100.000 opties die mijn telefoon biedt. Echt goud, zo ook nu, we zakken helemaal af naar de kust en terwijl de avond valt rijden we de camping Les Floralys aan de buitenrand van Narbonne op. 

Volgens goed gebruik van kloppende motorvakanties komt de eigenaar ’toevallig’ net de camping op lopen. Natuurlijk zijn we welkom, natuurlijk is er een plek. En onder het genot van het gekwaak van een miljoen kikkers (kunnen er ook 2 miljoen zijn ) zetten we onze tentjes op.

Narbonne ligt op een paar kilometer lopen en als we het kanaal de la Robine volgen die ook langs de camping loopt naderen we al kletsend het centrum. Pizza’s bij een norse pizzabakker worden besteld. Met een pintje in het vuistje lopen we naar het kanaal dat een gracht is geworden in het centrum. We nemen plaats op een bankje en verorberen de bier en pizza. Heerlijk die Franse keuken. Binnen 10 minuten is alles op en nemen we ons voor om nu volledig langs het kanaal terug te lopen. Dit blijkt een super goed idee want het is veel rechtstreekser en we hoeven niet langs een weg zonder voetpad terug te struinen in het donker. Het is rond elf uur en ik ben bekaf.

Voor de camping staat een hek, op slot, daar ben ik nu te moe voor. Het hek zal zo’n twee meter hoog zijn dus zonder al teveel nadenken spring ik er tegenop en klim eroverheen. Erwin twijfelt een halve seconde en besluit dan mijn voorbeeld te volgen. Hoppa daar zijn ze weer, op naar de slaapmatjes en tentjes. De motoren vinden we netjes toegedekt terug naast onze tenten. Wat een pracht dag en dit is pas het begin!

Welterusten Donkey!

Eén maand VanLife in Moby Dick

Moby Dick op Texel

Wow 1 maand alweer!

Precies een maand geleden leverde ik de sleutels in van mijn huis. En een paar dagen later ook de sleutels van mijn kantoor. Tabée!

Ik was er best klaar mee. De laatste twee weken liep ik alleen nog maar uit te voeren. Just do, don’t think. Ik voelde me als een militair op bootcamp die eindelijk heeft begrepen dat weerstand zinloos is. Sterker nog iedere vorm van verzet kost vele malen meer energie dan uitvoeren, execute until you drop. 

Jeetje David wat heftig? Ja zeker of nou: nee eigenlijk. Ik leg het uit:

Wat ik hiermee bedoel is dat ik in staat was om dit te doen! Zonder duizeligheden, zonder een woord dat ik inmiddels wel uit kan kotsen, maar vooruit voor jullie nog één keer dan: woordvindingsproblematiek! Brainfog en andere arbitraire terminologie en aandoeningerie. (Ik ben hersteld van 1,5 jaar Long-Covid ziek zijn).

Ik kon het weer: Tot het gaatje zonder door de bodem te zakken. Ik heb het dus maximaal mogen inzetten om daarna heerlijk terug te schakelen.

Inmiddels dus een maand wonend in een bus, hoe bevalt dat dan?

Voordat ik daar uitgebreid antwoord op ga geven, moet ik er eerlijkheidshalve bij zeggen dat ik niet vanuit het huis meteen in de bus ben getrokken. Om lopende zaken af te ronden kon ik drie dagen bij mijn moeder in huis wonen. Ze werkte overdag en zo kon ik op mijn gemak (met snel internet) de laatste voorbereidingen treffen. Echt superfijn in plaats van wegvliegen en al je belastingbonnetjes mee te moeten nemen in een plastic zak om dat vervolgens in de bus te mogen uitvogelen.

Relaxed weggaan is goud! Nederland

Ik ben heel relaxed weggegaan. Met als doel ergens in Spanje (al verplaatsend) te kunnen genieten van de warmte, de zon en ervaren hoe het nou is om echt in een bus te leven.

Wat is dan mijn bus: Het is een Opel Movano 2.5 dti uit 2003 L2H2, verbouwd door een hobby bob. En wat mij betreft prima gedaan. Praktisch en David proof. Oftewel stevig. Het bed klapt in de wand waardoor een lange laadruimte mogelijk is waarbij ik dus tot optie heb om met de motor op pad te gaan. Dat was eigenlijk mijn enige vereiste; de motor moet mee kunnen in de bus. Niet de Honda VFR want die is groot en zwaar, erg zwaar. Maar de Moto Guzzi, die is klein en..minder zwaar. Extra voordeel is dat ik daarmee natuurlijk heerlijk kan offroad rijden.

Wildkamperen met Donkey in de bus, Frankrijk

Wat heb ik eraan gedaan voor vertrek:

  1. Huishoudaccu vernieuwd – Deze was stuk en laadde alleen op via een losse acculader: niet bijgeleverd. 
  2. Cyrix- scheidingsrelais geplaatst samen met mijn vader die de know-how en het gereedschap heeft zodat ik me nooit hoef af te vragen of het wel kundig gebeurd, want ja, dat gebeurd het. Plus het is natuurlijk hartstikke tof om samen aan je nieuwe camperbusje te klussen.
  3. Het inbouwen van een Chinese dieselhater van 5kw. Winter in Nederland kan soms vies koud zijn en als je in deze periode in een bus wil gaan wonen dan is het raadzaam om te zorgen voor verwarming. Plus de ‘overbrugging’ door Noord- Frankrijk is natuurlijk ook nog steeds verdraaid fris.
  4. Als je een heater inbouwt dan is een koolmonoxide- en een kooldioxide verklikker een must.
  5. Usb A & C poorten direct op de huishoudaccu.
  6. Twee zitbankjes die tevens als zit plaatsen gebruikt kunnen worden én als opslag voor camping gerei en motorspul.
Chinese 5kw diesel heater ingebouwd, Nederland

Dat was het eigenlijk wel, daarbij heb ik een aantal nodige ‘ camper’ accessoires aangeschaft:

  1. Gasfles om te koken 7,5 kg.
  2. Tweepits gasstel voor buiten. Binnen zit een tweepitsgasstel maar als het even kan kook ik buiten ivm de lucht en het gespetter. Ik heb er éen gehaald bij Obelink met bakplaten erbij voor bakken en grillen.
  3. 25 meter stroomkabel + koppelstuk voor Spanje/ Frankrijk
  4. Oprijblokken om de bus recht neer te kunnen zetten op een schuine ondergrond: Of als je op dag 1 vastzit in de modder om te gebruiken als rijplaten.
  5. Jerrycan voor diesel.
  6. 20L Jerrycan water reservoir.
  7. Elektrisch kacheltje max 500w.
Oprijblokken om met graafwerk de bus uit de modder te verwijderen, Frankrijk

Vervolgens ben ik naar Spanje vertrokken met een omweg via Texel, niet het meest logisch maar wel het meest gezellig. Daar kerst met de familie en toen door. Nu ben ik alweer drie weken in Zuid Spanje ter hoogte van Malaga. Afwisselend in de bergen en aan de kust.

Wat ging er goed?

  • Ik slaap heerlijk in de bus en vindt het fijn dat alles zo overzichtelijk is.
  • Het motortje is sterk genoeg om door de bergen te rijden.
  • Het is nu al echt mijn huis.
  • Superfijn dat de motor mee kan.
  • Luxe om gewoon te kunnen overnachten waar je toevallig uitkomt. Vrijheid!
  • 20L water aan boord is echt heel fijn!
  • Het werken gaat prima door het strakke ritme.

Wat vormde een uitdaging?

  • De dieselheater lekt diesel: 1x op het meegeleverde filter, die was in een paar dagen stuk. En momenteel ergens van binnenuit. Ik probeer vandaag achter het probleem te komen. Ik heb de heater onder de rechtervoorstoel gebouwd en het is verre van ideaal als er diesel in de cabine lekt. Deze week is het ineens flink kouder dus ik ga eens kijken wat ik er aan kan doen.
  • 1x mezelf vastgereden in een moerassig weiland in Frankrijk. De volgende dag er wel op eigen kracht uitgekomen maar met graafwerk en de oprijblokken als rijplaten.
  • 1x mezelf vast gereden door een verkeerde afslag te nemen in een dorpje waarbij ik stijl omlaag reed in een steeds smaller wordend kronkelend straatje tot de weg zo smal werd dat ik letterlijk vast kwam te zitten tussen de huizen. Het was al donker en er was niemand op straat. Dus uitgestapt en meter voor meter al draaiend achteruit zeker een half uur bezig geweest achteruit het weggetje weer op te rijden. Dit was redelijk intens en niet goed voor de koppeling.
  • De bus maakt een klapperend geluid als ik hem laat uitrollen en naar links stuur – stabilisatie of torsiestang ofzo.

Conclusie:

Na een maand in mijn camperbusje ben ik hartstikke blij met mijn keuze, dit is echt te gek om te mogen en kunnen doen!

Parkeren aan het strand van Vera, Spanje

Voor twee mensen is dit denk ik wat te krap maar voor mij alleen is dit echt een droom die uitkomt. Ik had altijd al eens in een busje door Europa willen rijden en als ik zo de weerberichten uit NL krijg dan is dit precies wat ik voor ogen had. Lekker licht en lekker ontspannen.

Waar ik wel meteen aan ben gaan werken, en dat maakt het nog leuker is een ritme.

Ik sta iedere dag om 07:00 u. Op, dan heb ik een ochtendritueel en daarna ga ik aan het werk tot twaalf uur. Van twaalf tot 13 sport ik en daarna ben ik vrij. Dit werkt heel goed voor mij.

Overnachten ergens tussen Campillos – Ardales, Spanje

Ik ben een gelukkig man en zal over een maand weer een update doen!

David

Pyreneeën Episode 2

Bouillon – La Chapelle (CampingMoto Auvergne)

Goedemorgen donkey!

Het werd laat gisteren bij het kampvuur en in de nachtelijke uurtjes merkte ik al dat dit een nachtje zou gaan worden waarbij ik mijn nieuw aangeschafte zijden liner in mijn donzen slaapzak zou gaan gebruiken..

En dat was geen overbodige luxe, natuurlijk is de basis een goed isolerend matje maar deksels van dik 25 graden overdag naar rond het vriespunt in de nacht. Yup in de Ardennen kan je alles verwachten. Gelukkig lag ik heerlijk ingepakt in mijn tent. Helaas had niet iedereen het zo lekker warm gehad en een aantal mensen waren serieus tot op t bot koud. Dus gauw een koffie, haringen los van het tentje zodat ik hem in het ochtend zonnetje kan laten drogen en een snelle douche.

Onder de douche merk ik ineens dat ik niet alleen ben. Ik kijk om me heen en ineens zie ik hem staan. Een enorme kater! Dan zit er maar één ding op, zo snel mogelijk op de motor de frisse lucht in. Met een iets minder vaste tred begeef ik me terug naar de plek waar Donkey staat en ik voorzie Eva ook nog even van een bakkie. 

Vervolgens is het de spullen in de tas en een schietgebedje dat Donkey start want dat is geen held in koud/ nat weer na een lange nacht stilstaan. Maar donkey is blij, donkey heeft er zin in en start dus na 1 keer drukken op de knop. Na afscheid van Ilian en Eva te hebben genomen laat ik alle bleke neusjes achter me en richt mijn eigen bleke neus richting het zuiden.

Ik rijd een klein stukje naar Bouillon en van daar pak ik de provinciale weg richting Troyes. In Troyes pak ik de TET op westwaarts en daarna richting het zuiden. Het weer is heerlijk, Donkey dendert over de trails (met bescheiden snelheid uiteraard) en voor ik het weet heeft mijn kater gezelschap me verlaten. De paden hier zijn zo onwaarschijnlijk gaaf, enorme open vlaktes in een glooiend landschap, oude dorpjes afgewisseld met landbouw en wijnakkers die op hun beurt weer worden afgewisseld door bos passages met wat leuke, uitdagende singletracks. Echt uitdagend wordt het echter nooit, het is al een tijdje droog en op veel plaatsen is de grond knoeperhard of gewoon stoffig. Maar wel heel mooi rijden en voor t eerst in. Lange tijd doe ik oortjes in om met een lekker muziekje te kunnen genieten van dit uitgestrekte landschap.

Tet Frankrijk pauzeplekje

De dag vliegt voorbij, de kilometers overigens ook. Ik heb alle tijd, na vandaag heb ik nog een hele dag om op de motorcamping in de Auvergne aan te komen waar Erwin en ik hebben afgesproken. Hoewel iedereen die TET heeft gereden waarschijnlijk weet dat afstanden niet zoveel zeggen, TET rijden kost tijd, heel veel tijd.. en dat heb ik gelukkig. Het enige waar ik even voor op moet passen dat zijn de sporen waarvan de opstaande randen ook keihard zijn én die in elkaar overlopen of erger ineens uit elkaar lopen. Als je voorwiel dan in de ene schiet en je achterwiel in de andere kan dat voor pijnlijke of gewoon hilarische momenten zorgen. Dit is vooral tricky in het hoge gras waar je de sporen niet ziet, maar goed dan zie je ook de stenen niet dus zoals altijd tijd bij de gratie des TETs pas ik mijn snelheid nog verder aan naar langzaamheid en hobbelen we vrolijk verder.

Heerlijke paden, oortjes in en gaan!

De volgende uitdaging arriveert en dat is de ondergaande zon oftewel tijd voor een kampeerplekkie. Nu is dat op de TET Frankrijk echt geen probleem, er is zoveel plek overal en als je zorgt dat je je zooi meeneemt en niet achterlaat (nee ook geen blik in een gedoofd vuurtje, en ik weet dat ik nu als een prediker overkom. Echter ik ben dusdanig vaak met of zonder motor in de natuur en begrijp werkelijk waar niet waarom mensen hun zooi van zich af flikkeren. Het is toch veel mooier zonder al die stomme witte doekjes, blikjes of een boterhamzakje) is er niks aan de hand. Waar je wel even op moet letten is dat je niet midden in een jachtterrein gaat staan (ja heb ik ook al eens gehad, geen aanrader), verder no problemo.

Het wordt een prachtige, stille nacht met hier en daar een blaffend ree of jankende vos maar verder helemaal goed. Welterusten Donkey!

Goedemorgen donkey!

I love wildcamping!

Het is niet fris, het is heerlijk deze ochtend, het is 06:40u. Als ik mijn stoeltje erbij pak (love it!) en rustig voor mijn tentje een koffie maak. In de verte hoor ik alweer de knallen van de jagers, niet een heel vreemd geluid in grote delen van Frankrijk. Ze zijn er vroeg bij valt me op. Rustig aan ruim ik mijn boeltje op, haal donkey onder het zeil vandaan en duw hem weg uit de bosrand. De tassen zijn zo weer gepakt, de grote roltas achterop, nog een laatste koffietje en dan.. loopt donkey op 1 cilinder. Ook dat heb ik weleens eerder gehad en na een tijdje bergaf met gas dicht komt de tweede er wel weer bij.. dacht ik. Niet dus. Waar had ik ook alweer de bougiesleutel? In donkey zijn geval is namelijk de meest logische verklaring niet een brandstof probleem maar een vonk probleem, heerlijk he als t zo simpel kan zijn. Natuurlijk moeten wel beiden tassen eraf omdat in één van de twee, helemaal onderin ergens de bougiesleutel en reserve bougies zitten. Maar nadat ik de bougie eruit heb gehaald blijkt inderdaad een volledig vet geslagen bougie de logische oorzaak van het gehinkel op 1 poot. Ik neem niet eens de moeite om hem schoon te maken. Mocht het echt nodig zijn dan komt dat later wel. Ik had twee reserve bougies bij me, waarvan één nu gebruikt. Dus hoppa nieuwe erin, starten en lopen. Boel weer op zijn plek, bougiesleutel en bougie BOVENIN de tas, roltas erop en op naar het volgende stuk TET. 

Het is weer heerlijk rijden, ik daal de TET af richting Clermont Ferrand, onderweg ontmoet ik een groepje van drie Franse motorrijders met dikke eencilinders, ze waarschuwen me voor de modder in het bos. Ik bedank ze voor de waarschuwing en besluit zelf een kijkje te nemen. In het najaar ben ik door een aantal stukken gekomen met Donkey waar de mooiste platen van op Facebook stonden, mannen uitgeput naast hun in de modder verzonken motorfiets. In de TET app staat er dan ook bij, not for big bikes, zo groot is Donkey niet dus ik dacht kan wel. En inderdaad, het kon wel. Zo ook nu, ja het was modderig, maar zoals vaker is ook hier de tijd mijn vriend. Soms kom je een bocht om en heb je te weinig momentum en loop je meteen vast in een plots modderspoor, maar hier was alles overzichtelijk en de sporen in de modder toonden duidelijk waar andere rijders zich vast hebben gereden. Afstappen dus, de beste route voor de mogelijkheden van donkey zoeken en vervolgens als een tractor er doorheen. God I love this bike! 

Al het gespeel en de gave singletracks die ik ook nu weer tegenkom zorgen ervoor dat ik niet op het niet bestaande schema lig. En ineens is het 15:30u. Ik check mijn telefoon en zie dat Erwin enorm flink meters aan het maken is, dat duurt niet lang meer en dan is hij er gewoon. Dus na vier keer afscheid te hebben genomen van de TET om vervolgens toch nog even dat ene paadje te pakken is het de vijfde keer echt klaar, ik rijd door Moulins en besluit vanaf hier over de provinciale weg naar de motorcamping te rijden. Het is verrekte heet in de stad, maar het is wel echt een super mooi stadje. Ik houd een tankstop/ pauze vlakbij de brug en over liggen mensen aan de rivier en er wordt driftig geflaneerd op de boulevard. Het laatste stuk over asfalt schiet onder de wielen door en voor ik het weet zie ik ben ik op de camping moto de Auvergne. 

De ontvangst is zoals het hoort op een motorcamping, ook al zijn ze officieel niet open, met een eerste biertje van het huis en het aanschuiven aan een tafel. Voor ik het weet zitten er nog 1 of 2 goudgele rakkers in. Vervolgens hoor ik het zware gebrom uit de Akra van de KTM komen. Daar issie dan, het gouden duo is weer compleet. Redelijk fris stapt Erwin van het kanon af en wordt uiteraard ook getrakteerd op een pint. Maar het wordt nog beter, ook eten wordt er voor ons gekookt en samen met de eigenaren genieten we van een heerlijk maal. Daarna nog een paar biertjes en vanaf morgen gaan we binnendoor verder richting de Pyreneeën. 

En voor ik welterusten zeg tegen donkey haal ik weer de liner uit de tas, ook hier is rond het vriespunt voorspeld. Ik ben er klaar voor, de vakantie is in full swing dus kom maar op!

Maar eerst: Welterusten Donkey!

Meet Donkey!

– How I fell in love with a Moto Guzzi V50 Nato –

Hey ik ben David en ik ben sinds anderhalf jaar de trotse eigenaar van Donkey – mijn Moto Guzzi V50 Nato. Overgenomen voor wat inmiddels een spotprijs blijkt te zijn van de vorige eigenaar (een krasse knar met mooie verhalen ergens uit het bos in Schaarsbergen, Arnhem).

Hoe kwam ik erop om Donkey aan te schaffen? Geen idee, soms loopt het zo, Guzzi zat eigenlijk nooit echt in mijn vizier. Natuurlijk kende ik “ Man in het zadel’  en ‘ Van hier tot Tokio’ van Paul van Hooff maar verder.. 

Totdat een vriend van me op gave wijze dook in de Guzzi’s waarbij het ‘redden’ van een V35 en een California op het programma stonden. Wat een gave apparaten eigenlijk, simpel en sterk. 

En ik was op zoek naar iets simpels en sterks, ik heb namelijk een droom, het rondrijden over de wereld met een motorfiets. Ik rijd al geruime tijd motor, woon – werk, vakanties, alles eigenlijk, en ik doe eigenlijk niets liever. Mijn huidige motor is een Honda vfr 750 f uit ’94 waar ik zojuist 206.000km op de klok heb gezet. Ik heb dit beest gekocht bij 42.000km. Een korte illustratie dus om nog korter te kunnen zeggen, ik hou van motorrijden. De vfr is veruit het betrouwbaarst dat ik ooit heb gereden. Ze heeft mij dan ook nog nooit laten staan. En hoe betrouwbaar ook, al een tijdje merkte ik dat ik eigenlijk ook wel eens een zandpad wilde pakken en daar is 245kg droog! En een straatmotor mij net wat teveel van het goede. Begrijp me niet verkeerd ik heb het wel gedaan maar het is niet heel comfy. In Slovenië bleek de helft van de routes die ik wilde rijden over onverharde paden te gaan en ook in Zweden was het een aantal jaren geleden heel normaal als je op doorgaande routes over gravelwegen kwam.

Enter het idee van simpel en sterk, als ik mijn droom wil waar maken dan ga ik zeker het continent Afrika bezoeken, ik ken het daar inmiddels een beetje (zie het artikel: reizen met Jan) en weet dat het toch handiger is om een iets meer allroad- achtige motor te kiezen. Er is alleen echter één probleem (nou ja twee als je het financiële aspect meetelt); Ik vind ze allemaal lelijk! Allemaal? Nou bijna allemaal op de oude Africa Twin na (maar die vind ik te groot voor mij) & de Guzzi V85TT (maar die is te onbetaalbaar én te log.. oh en te niet-simpel). Ik kijk naar iets jaren ‘80s naar iets sterks, naar iets waar vriend Erwin van zou zeggen: “ Tja als ik een motor koop moet ik er gewoon een dikke piemel van krijgen, iedere keer als ik er naar kijk” En gelijk heeft ie, vind ik dan. Ik heb het nog steeds bij het prachtige (inmiddels vaal) rode lijnen spel van de vfr, met de single side swingarm en mijn high mount bos demper. Het  ‘yes! Dat is mijn motor gevoel!’  Ken je dat?

De enige serieuze optie is al heel lang de BMW r80 g/s en ik heb gekeken naar een Bumblebee bmw r100gs maar allejezus wat zijn die dingen duur inmiddels zeg. Toch bezit het de techniek en robuustheid waar ik naar op zoek ben. Plus, het feit dat je met ducktape en een schroevendraaier een heel eind komt. Maar zoals hier boven vermeldt, de R80 G/S – ja de originele met enkele kruiskoppeling in de cardan aandrijving is een collectors item met dito prijs (voorlopig onbetaalbaar voor mij) en dan de R100 gs Dakar, niet zo prijzig als de r80 maar wel zwaar. Gewoon echt een grote motor voor mij (1.76m), niet op de weg maar in het zand zie ik me met mijn gebrekkige techniek maar compenserend enthousiasme met zo’n bakbeest niet ver komen.

Dan is het toch logischer om naar een 1 cilinder te kijken, een f650 of een xtz maar ja, die vind ik echt geen uitstraling hebben. Zegt wat over mij, weet ik, maar ik mag er iedere dag naar kijken en op zitten. Oftewel ik bepaal.  

Totdat ik tegen de V50 aanliep, de beste man deed niet aan marktplaats en had een bordje op de motor gehangen met te koop. Na een beetje kletsen en wat gedraal van mij om de motor heb ik besloten hem te kopen. Geinig ding en als ik het niks vond qua rijden kon ik altijd nog besluiten om het kenteken te schorsen en hem op te slaan als investering voor de toekomst. Cognitieve dissonantie ten top (weer eens verliefd voordat het denkende deel van mijn brein het doorhad), alles rechtgeluld wat krom was, naar de pin automaat en hoppa ik was een Guzzi rijker. En na goed overleg en wat vragen van de kant van Erwin (hij heeft ook die andere Guzzi’s verbouwd en is de amigo waar ik veruit de meeste motor vakanties mee heb gedaan) bleek het een Moto Guzzi  V50 Nato te zijn. 

Net gekocht: Alleen de kickstarter (onder de voetsteun) en het contactslot verraden dat er een Nato onder zit.

Sidebar; ik was ziek. Ik had Long Covid en er moest het behoorlijk wat aan de Guzzi gebeuren. Erwin zag al direct de potentie, hij heeft een oog voor dit soort dingen. Fantastische kerel die hij is, kwam direct met de aanbieding om de Guzzi onder zijn hoede te nemen en meer terug te brengen naar origineel (maar met een twist). Daar hoefde ik geen seconde over na te denken, natuurlijk, graag!

Al vrij snel bevonden we ons in de motorzaak van Mark Wilmink, van MW-motoren. Na veel kletsen en vragen, het is allemaal nieuw voor mij, kwamen we buiten met twee flinke dozen. Een met onderhoudsmiddelen voor regulier onderhoud:

Olie + filter

Luchtfilter + bougies

Bakolie

Cardanolie + toevoeging 

Carb revisie setjes

Allerlei pakking ringen

Klepdekselpakkingen

En een doos met overigen, waar met Mark naar goed gebruikte tweedehands spullen werd gezocht. Superfijn advies gekregen en mooie toelichting op alles,. Zeer blij met deze spoedcursus V50 Nato.

Overigen:

  • originele knippers
  • Buddysit
  • Uitlaatdempers 2x
  • Zijtassen 
  • Bus voor in de versnellingsbak bij de kruiskoppeling
  • Benzinekruis
  • Retourslang carterventilatie
  • Nato lak

En ineens was het dan zover en mocht ik de motor ophalen bij Erwin, ik geloofde mijn ogen niet!

Wat een ruige scrambler kwam er onder vandaan zeg! 

Na de aandacht van Erwin.. Wat een verschil he!?

Intussen waren er  ook nieuwe banden opgekomen Heidenau K60, wat een stoer uiterlijk geven die de motor zeg! En ze zijn hartstikke goed onder deze motor (kan ik na mijn derde setje wel verklappen, ze gaan dus niet zo lang mee, 5000km). Heel tof, en dus banden erop om ook het zand mee te trotseren. 

Wat een ding! Ik heb nog nooit zoveel lol gehad op zo’n laag tempo! –

Nadat ik zelf beide carburateurs heb gereviseerd en mijn vader doodleuk even met een schroevendraaiertje de afstelling fikste op de oprit was het tijd om te gaan rijden!

Erwin had intussen een Honda Transalp 650 aangeschaft om ook wat ervaring van het asfalt af op te doen. Grappig, jaren hiervoor had ik naast mijn straatmotorfietsen een Honda XL500R, dikke eencilinder. Deze gebruikte ik onder andere om in de winter naar mijn werk te rijden over een landbouwpad langs de spoorlijn naar Ede, sneeuw, modder alles kwam voorbij. En toch, toch raakte ik niet verslingerd aan het rijden in de modder. Ik zoek de verklaring in twee dingen:1. De dikke klappen van de eencilinder vond ik erg imposant waardoor ik nogal geïntimideerd was en meer als op eieren reed ipv het uitproberen van technieken die me meer vertrouwen konden geven. 2. Ik ben regelmatig op zoek gegaan in de buurt naar plaatsen om lekker van de gebaande paden af te rijden, dit bleek een flinke demotiverende uitdaging in mijn omgeving (Arnhem dus). Veel verder dan de tractorpaden langs de dijk of de enkele boerenweg in de buurt van Ede/ Barneveld kwam ik niet. 3. Ja, toch een derde punt bedenk ik me net. De klappen van de kickstarter als je niet vol overtuiging trapte én tijdig je knie weer optrok waren niet te zuinig. Noem me wat je wil, maar dit vond ik echt niet fijn, ook niet charmant. Terug naar de Guzzi.

Tegenwoordig hoef je niet te zoeken naar landweggetjes, nee, voor zo lang als het duurt zijn er mensen bezig geweest met het maken van een route met zoveel mogelijk offroad paden (legaal!) In ons eigen landje! Over de voor- en nadelen en hoe men zich dient te gedragen ga ik niet schrijven, daar wordt al genoeg over gezegd. Ondertussen ben ik super dankbaar dat het bestaat en dat ik mag meemaken dat er dus een community is die hier veel energie in steekt. Duizend maal dank!

En dus zijn Erwin en ik een paar dagen TET gaan rijden in Nederland en dat beviel… heel goed! ( Zie mijn andere artikel over TET NL )

Meer en meer leerden Donkey en ik elkaar kennen en al snel was ik verliefd. 

Aanvankelijk was de naam van de Guzzi Laura (naar die Italiaanse zangeres waar ik heimelijk verliefd op was in mijn ontluikende tienerjaren). Ik ben inderdaad zo’n iemand die zijn motorfietsen (auto’s & brommers in het verleden) een naam geeft. Zoals persoonlijke held Valentino Rossi al zei: “The bike has a soul” – En ja dat geloof ik echt, ik hoor en voel aan mijn motor wanneer hij blij is, vermoeid of geen zin heeft.

Misschien ben ik teveel alleen 😉 Maar zoals zo vaak kwam de naam (Donkey) ineens  tot me tijdens een van deze TET ritjes met Erwin, sindsdien is Laura uit het raam (Anglicisme??),en zijn kreten als “Here’ssss the Donkey!” & “ Donkey knows the way”  alom jargon in mijn helm en gesprekken na en tijdens ritten.

Het maakte niet uit wat ik van Donkey vroeg, hij deed het gewoon. En telkens als ik aan de andere kant van een zandheuvel, modderpoel of singletrack stond met een enorme grijns in mijn helm moest ik denken aan de woorden van Jeremy Clarkson wanneer hij weer eens onder de indruk was van één van de auto’s waar hij mee reed en het uitschaterde: “ What a machine you areeeee” 

Natuurlijk na jarenlange stilstand had vooral Erwin er aanvankelijk wat werk aan, maar al vrij snel viel alles op zijn plaats en zou blijken dat Donkey en ik bestemd zouden zijn voor nog vele mooie kilometers samen. 

Niks gaat vanzelf met Donkey maar vrijwel alles is superleuk, ik heb werkelijk waar nog nooit zoveel lol gehad op zo’n laag tempo. En ja, sterk en eenvoudig zijn de sleutelwoorden waar dit beestje aan voldoet. Nooit intimiderend maar tot nu toe altijd beter en sterker dan verwacht. Me loves the Donkey!

TET NL – Donkey en de Alp

Voor meer Donkey verhalen check: Reizen met Donkey. 

Pyreneeën Episode 1

Ulrum – Bouillon

Here’s the donkey!

Het is vroeg, erg vroeg als ik uit Groningen vertrek om de volgende (laatste) test met donkey te gaan ondernemen. 

Het motto van deze test, of eigenlijk de gewenste uitkomst zal zijn; als hij heel blijft dan ga ik het doen. Als hij heel blijft, zelf blaak ik van het vertrouwen dat Donkey met vlag en wimpel zal slagen. De vorige ‘test’ waarbij ik sectie 13, 22 & 16 van de TET heb gereden vormden geen enkel probleem voor mijn ezeltje, dus ach waarom zou het nu wel een probleem zijn? 

Het gaat vooral om schik maken, en als Donkey mijn schik faciliteert dan zorg ik dat ik goed voor hem zorg. Zo heb ik door mw-motoren in Borne andere balhoofdlagers laten monteren en een elektronische ontsteking, oh en de voorvork laten service. En rijd ik deze ochtend weg uit Groningen waar ik bij mijn pa in zijn zaak (Van Balen Motoren) Donkey heb mogen voorzien van nieuw rubber! 

All is well, een nieuw avontuur staat ons te wachten, let’s go!

Na een uur heb ik zo’n pijn aan mijn reet dat ik even moet stoppen. Ok, het zadel is anders dan van de VFR, eigenlijk is alles anders dus die vergelijkingen mag ik uit mijn hoofd gaan zetten. Nou ja, nog eentje dan; boven de 80km/u gooit Donkey de olie eruit, niet de bakolie waar ik een modificatie voor heb, maar motorolie. Gelukkig is 80km/u op de gps, 93km/u op de teller en ik laat me graag foppen.

Ik kijk nog eens achter me naar de tent en mijn zwarte zijtassen en kan een enorme glimlach niet onderdrukken! Over drie dagen vertrekt mijn amigo Erwin ook met zijn KTM 1190 Adv R. Waar ik drie dagen over doe, doet hij in één dag. 

Doel is om heerlijk te rijden op de TET in de Spaanse Pyreneeën. Het plan was aanvankelijk om TET Zweden te rijden echter het is april en een groot deel ligt nog onder de sneeuw, plus niet iedereen is een fan van winterkamperen. Ook ik besluit dat het verstandiger is om naar het zuiden af te zakken. Want nogmaals uiteindelijk gaat het om de lol. En lol kan je hebben in de Pyreneeën. 

Ik hobbel vrolijk verder en voor ik het weet ben ik de grens over, nou ja haha voor ik het weet. Het is al laat. Ik doe er ongeveer een dag over om van Groningen tot bij Maastricht de grens over te gaan. Maar de zon schijnt, de tank zit (weer) vol en Donkey en ik hebben goede zin! Lekker de B-wegen op in de Ardennen, rond half negen word ik moe en is het tijd voor een camping. Ik check wat er in de buurt ligt en hobbel rustig naar camping Le Prahay aan de altijd wonderschone rivier de Semois. 

De heerlijke bochten in dit gebied zijn koren op de molen van mijn Donkey; korte onoverzichtelijke scherpe bochtjes bij een snelheid van 50 – 70 km/u vindt hij het lekkerst, wat stuurt zo’n ding toch! Ik ben Godse gelukkig als ik bochten kan rijden, en ik ben in extase als ik bochten met Donkey rij, echt supervet!

Een klein ietsje pietsie minder supervet is dat aan de linkerkant de kickstarter weleens de grond raakt bij een linkerbocht. Dat is de eerste twee keer hilarisch, daarna is het gewoon een beperking waar ik al snel een oplossing voor heb gevonden. Bij een scherpe linkerbocht hang ik zo ver mogelijk naast mijn hobbelende Donkey waardoor de motor zelf erg rechtop blijft. Een leuke bezigheid en hilarisch voor andere weggebruikers oftewel lekker bezig David. 

Ik rij het entree weggetje naar de camping op en zie overal, maar dan ook echt overal 4×4 auto’s. Er is één of andere bijeenkomst met bbq, er staan tenten met rijen lange tafels met bier drinkende 4×4 mensen. Ik hoop dat ze een plekje hebben voor mijn 1×2. Er staat een rij voor de receptie tot buiten, in de rij staan mensen om bier te bestellen & mensen die willen inchecken. Ik besluit over te gaan op reismodus oftewel ik ga in de wachtstand. Dit is de stand die ik in kan schakelen op het moment dat ik ergens lang moet wachten, of het nu bij een Afrikaanse grenspost is of in een enorme rij in de supermarkt, het is om het even. Ik accepteer volledig dat ik hier vrij gekozen sta en ik zak weg in een mentale afwezigheid, meditatief mag het genoemd worden. Slapen met mijn ogen open komt meer in de buurt.

Zoals met sommige dromen schrik je wel eens wakker, soms door een geluid, soms door een kleverig gevoel op je onderbuik of soms omdat je iets herkend uit het echte leven. Zo ook nu; vooraan de rij stapt een dame bij de bar vandaan met 4 halve liters bier in haar handen, ze heeft een lange zwarte staart en een stevige (ferme, goede, etc) kont.. Op dat moment gaat er een lampje bij me branden, langzaam kom ik uit de waakstand en ik stap pardoes uit de rij. Ik ken die kont, ze wandelt naar buiten en ik verlaat de rij om er achteraan te rennen. “ Il!” Roep ik als we buiten zijn, ze draait zich om en verdomd! Het is inderdaad Ilian! Een goede vriendin uit Arnhem. 

Ik word uitgenodigd aan de tafel en zie dat ook Eva er is! Die ken ik ook, wat leuk! Dit had ik echt niet verwacht, de dames zijn hier voor een 4×4 rit en zitten met hun groepje aan een lange tafel. Ik laat de rijvoor wat het is en neem eerst een biertje.

Naast de auto van Ilian is nog plek en daar zet ik dan ook mijn tent op. Donkey heeft het goed gedaan. Ik check nog even de olie en met het lekken in hoeveelheid valt het mee, mooi, meer bier. Welterusten Donkey.

Over mij

Dit ben ik met een stoere foto 😉

Hey,

Welkom op mijn pagina! Mijn naam is David en ik zal je middels deze pagina op de hoogte houden van mijn avonturen. En vooral de aanloop naar mijn grootste avontuur tot nu toe!

Sinds ik op mijn 15e in aanraking kwam met de gemotoriseerde tweewieler ben ik er niet van af te slaan. Mijn grote droom, toen al, was de wereld over rijden op een motor.

Ik ben nieuwsgierig, schrijf graag en ben helemaal gek van reizen. Volg me op mijn reizen en ik zal je zo goed mogelijk updaten met mijn bevindingen.

Reden voor deze site is het inspireren van mensen die net even dat duwtje in de rug nodig hebben om ook gewoon te gaan doen wat ze het allerliefste willen doen.

Uw reizende schrijver – David –