Tag archieven: Moto Guzzi V50 Nato

Pyreneeën Episode 3

Motorcamping Auvergne – Camping Les Floralys, Narbonne

Dag 1 samen rijden met Erwin en Conan

Goodmorning Donkey!

Het was gezellig en de biertjes smaakten prima, maar nu is het dan echt tijd om samen te vertrekken. Eindelijk! Eindelijk? Ja, eindelijk! Het is inmiddels alweer 3 jaar geleden dat we onze laatste echte motorvakantie samen hebben beleefd. Weliswaar met twee compleet andere motorfietsen. Motorfietsen die dichter bij elkaar lagen qua gebruiksdoel en vooral ook performance dan onze huidige varianten. 

Ook aan die vakantie heb ik prachtige herinneringen, eigenlijk maakt het niet uit hoe of waar we heen gaan, of waarmee, het is altijd easy going en precies goed. Meestal weten we snel de vibe van de vakantie aan te voelen en vervolgens gaan we met de flow mee.

Met de trouwe Aprilia (SL1000 Falco) en Honda (VFR 750 F dus) hebben we meermaals genoten van de Pyreneeën, de Alpen en Noorwegen. Daarnaast zijn we met allerlei soorten auto’s naar Berlijn op en neer gehobbeld, en altijd schik. Nadat de Aprilia werd verkocht en tijdelijk een Transalp 650 de honneurs mocht waarnemen (meestal samen met welk project er in de garage stond) werd het tijd voor Erwin om de grote knoop door te hakken. Hij als ras kampeerder (grapje) was toch wel verliefd geworden op het adventure idee.. En geef hem eens ongelijk.

Inmiddels hebben we er al honderduizenden asfalt kilometers op zitten en dan lonkt toch het onbekende en gevoelsmatig onbegrensde van het offroad rijden. Want hoe gaaf is het als je (beperkt tijd hebt  en) ergens naartoe kan blaffen via de snelste weg om vervolgens daar de mooie weggetjes op te zoeken. En in dit geval konden we niet misgaan, al was het offroad rijden niks geworden dan hadden we nog steeds het stuur walhalla van Europa te pakken, juist de Pirineos! Wat mensen die alleen in de alpen hebben gereden zich moeilijk kunnen voorstellen (begrijp me niet verkeerd ik hou van de Alpen) is dat er in de Pyreneeën een haast onuitputtelijk perfect asfalt lint ligt met alle soorten bochten die je je maar kan voorstellen met vrijwel geen medeweggebruikers, het is raar maar waar. Tenminste in het voorjaar, als wij er altijd zijn 😉

Kortom lukt het niet of zijn de routes te heftig dan kunnen we altijd nog zwieren zwaaien over de droomwegen die dankzij de Europese Unie zijn aangelegd en soms alleen een klein dorpje in de bergen als bestemming hebben, hilarisch en gegarandeerd schik.. oh ja en daar kwamen we toch voor?

Goed de knoop moest doorgehakt worden, wikken en wegen, wordt het een Africa Twin, Een KTM of toch een Moto Guzzi Stelvio NTX? Een Honda Varadero misschien? Een GS? In één ding was hij stellig, een GS wordt het niet. Ook de Aprilia Capo Nord kwam geloof ik nog even voorbij. Want tot de Aprilia Falco werd verkocht heeft het ding verdomd veel betrouwbare kilometers weggetikt meer dan we beiden van te voren hadden verwacht. En ja, tijdens onze laatste vakantie in Noorwegen ging hij helaas stuk. Maar verder, kei van een motorfiets! Uiteindelijk werd de knoop doorgehakt en al vrij snel waren de motorgoden mijn vriend goed gezind en brachten ze hem op het pad van een relaxte eerste eigenaar van een KTM 1190 Adventure R, een hele mond vol, vanaf nu zal ik de bijnaam gaan gebruiken: Conan. Waarom Conan? Heb je zo’n ding weleens gezien? Erwin is geen kleine jongen maar deksels dat is me een partij motorfiets, met onder dat Allroad uiterlijk een onvervalst koppelrijk beest van een blok, de LC8. En dan niet de eerste variant ervan. Pin me niet vast op de cijfers maar rond de 150pk…? Heel veel in ieder geval. Vanaf dag één was dit de juiste keuze, en precies de tool die Erwin op zijn wensenlijstje had staan om, zoals ook deze vakantie, in één dag 1000km te overbruggen (als het moet) en vervolgens relaxed op een zandpad te gaan cruisen met ondergetekende. 

Erwin en zijn Conan in de happy zone

Heel gaaf en heel dik dus. Maar, er is natuurlijk een keerzijde aan al dat geweld..

Waar ik met de VFR flink in de toeren jankend en gebruik makend van de sublieme stabiliteit in de bochten vooral berg op de Aprilia prima bijhield (naar beneden kreeg ik het niet bijgeremd als we er echt voor gingen zitten) daar staan we nu voor een uitdaging. 

Ik ben niet iemand die zich snel druk maakt om de mening van een ander over mij, dat klinkt misschien niet best, maar het is wel zo. Ik ben weinig bezig met wat een ander van me vind, nee dat is niet altijd zo geweest en ja daar voel ik me prima bij. Ik ben al enige jaren van mening dat zolang ik een ander niet bewust leed berokken het niet aan mij is om te vragen of alles ok is, of dat ik zus of zo wel goed doe.

Maar nu is het anders, al tijdens de koffie ’s morgen op de motor camping waarschuw ik Erwin over mijn snel(traag)Heid ivm het olie overschot dat zich anders tussen mijn cilinders presenteert. Erwin doet niet moeilijk, uiteraard niet. Toch kan ik het niet helpen als we al na twee kilometer een prachtige stuurweg oprijden, om mezelf af te vragen of dit wel goed gaat komen. Erwin beschikt over 150 pk en een machine die ‘ ready to race’ is.. Ik beschik over een machine die is aangeschaft door het Nederlandsche leger om het ‘ rode gevaar’ het hoofd te bieden. Waarom doet dat er toe? Nou om voor defensie als bruikbaar voertuig aangeschaft te worden hebben ze van het al niet enorme vermogen van 48pk van de originele V50-III, de compressie verlaagd waardoor er een schamele 34 pk over is gebleven.. in 1985.

Dat betekent dat een groot deel van die paarden inmiddels op leeftijd is, en als je dan ook nog niet boven de 90 kan rijden of het bloed van de paarden begint eruit te lopen tja dan heb je misschien wel een mismatch te pakken..

Kortom, ik zie de bochtjes, ik zie Erwin voor me rijden (eigenlijk altijd, dat vinden we allebei het fijnst, hij navigeert namelijk als een volleerd zeeman en weet altijd in no time gave weggetjes te vinden en daarbij komt nog een andere skill maar daar heb ik het later nog over), we voeren het tempo op en duiken van de ene in de andere bocht en dan ineens denk ik “ shit ik houd hem hartstikke op” want telkens als we in de buurt van de 90 komen ga ik van het gas. En laat hem teruglopen naar de 85. Dit had ik ook eerder kunnen bedenken, Donkey is namelijk niet alleen traag en klein. Nee, Donkey zit ook niet als een lange afstandsfiets.. Ik doe wat ik kan om bochten met mijn kruissnelheid van 85 te nemen zodat ik Erwin niet teveel ophoud. De bochten worden iets krapper en wat Donkey wel kan is heel kort afdraaien, oftewel in een bocht nog dieper de bocht in zonder problemen.. Dan hebben we het natuurlijk over rechterbochten, aan de linkerkant klinkt er regelmatig geschraap. Ook zou ik er iets later achter komen dat deze rijstijl misschien wat teveel van het goede is voor 50/50 noppenbanden.

Erwin lijkt ook even te moeten wennen aan het tempo wat op zijn machine bijna in zijn één nog te langzaam is, maar, de weggetjes zijn zo vreselijk mooi omdat we (goddank) grote wegen moeten mijden en al vrij snel zitten we in een zwierezwaai ritme met beiden een enorme grijns in onze helm. 

We rijden via de Aubrac en hoewel we het weten worden we er toch maar weer eens aan herinnert hoe verschrikkelijk mooi Frankrijk kan zijn, poe wat is dit genieten zeg! Heerlijke wegen, prachtig weer en verdomd veel goede zin. En ondanks de aanvankelijke mismatch van machines, of nee het aanvankelijk kalibreren van de huidige set up waarmee wij boezemvrienden op pad gaan is het op binnenwegen waar ik zowaar de maximum snelheid kan halen toch echt heel erg genieten. Nu al een klassieker van een vakantie.

Al draaiend en genietend, remmend en schakelend alsof Donkey en ik al jaren éen zijn voel ik een verbondenheid met deze machine die moeilijk in woorden te vangen valt. Toch blijf ik het proberen.

Korte pauze en bagage check onderweg naar Zuid- Frankrijk

Ik geniet met volle teugen van de dikke blaf uit de demper van de KTM voor me. Niet aso, gewoon goed een diepe V2 grunt. We rijden over een kam richting de Aubrac, links en rechts kijken we uit over de vele glooiende velden die Frankrijk rijk zijn. Ik raak in de zone, alles gaat automatisch en na een korte banaan en pispauze, dwalen mijn gedachten af. Ineens merk ik een brok in mijn keel, we zijn er nog, we zijn er godverdomme nog!! Ik sla met mijn vuist schuin naar voren een gat in de lucht! Fuck Yeah! Schreeuw ik in mijn helm met een toch al wat hese stem van de dichtgeknepen keel en de zilte sporen van tranen die ineens over mijn wangen hun weg naar de rand van mijn motorjas zoeken.

Een jaar geleden zat ik nog verdwaasd voor me uit te kijken. Wat drie maanden geleden was ik nog niet eens in staat om een stuk fatsoenlijk motor te rijden. Ik was ziek. Maar een jaar geleden was ik net 5 maanden ziek. Een aantal keer een korte opleving met bijbehorende hoop dat ik genezen zou zijn, dat het klaar was. Dat ik weer ‘ normaal’  door het leven kon. Niets bleek minder waar. Ik heb me sinds 2012 niet meer zo ellendig gevoeld. Maar met alle lessen praktiserend van mentale training die ik heb mogen internaliseren de afgelopen jaren, de juiste hulp en liefde van mensen om me heen ben ik er doorheen gekomen. 1,5 jaar heeft het geduurd maar nu lijkt het achter me te liggen. Het ergste in ieder geval, het zal nog wel even duren voor mijn conditie weer is wat hij was op het moment dat ik ziek werd. Maar dat doet er eigenlijk niet toe, dat is een proces van iedere dag een stapje trainen/ rust nemen tot het weer opgebouwd is. Wat er wel toe doet is dat ik weer mobiel ben, ik kan weer motorrijden! En hoewel ik helemaal geen geld heb voor een vakantie voelde ik dat ik dit zo nodig had. Motorrijden/ motorvakantie staat in mijn  top drie van dingen die ik het aller- allerliefst doe.. En nu is het zover, klopt ik ben al een aantal dagen onderweg, maar het feit dat we hier rijden, met machines waar we allebei drie jaar geleden nooit aan zouden hebben gedacht is voor mij een prachtig voorbeeld van de onvoorspelbaarheid van het leven. En ik heb het al vaker gezegd en zal het hier nog eens herhalen, ik geloof niet in de maakbaarheid van het leven, wel geloof ik in de stuurbaarheid ervan. De motoren hadden we van te voren niet kunnen bedenken, maar, mits gezond en wel, het feit dat Erwin en ik weer eens op een prachtige dag richting de Pyreneeën zouden gaan.. Daar was ik eigenlijk wel van overtuigd.

Genoeg gemijmerd, ik mag best even stil staan bij mijn hardships van afgelopen jaar en terwijl ik dit schrijf raakt het me nog steeds. En wederom krijg ik vochtige ogen bij de realisatie dat ik alles weer kan!! En nu? Door met genieten natuurlijk! 

We doorkruisen de Aubrac en kijken onze ogen uit, Erwin is er ook aan toe. Ook bij hem waren er best een hoop veranderingen aan de gang. Daarna rijden we parallel dan weer links en dan weer rechts over de b-weg aan de A-75 zuidwaarts. Ineens komen we door een stuk waar het lijkt alsof de tijd stil heeft gestaan. Het formaat rotsen lijkt op dat van schuurtjes maar dan rotsen met allerlei gaten erin en de weg wordt super smal! Heel toffe beleving. Het weer is wisselend heel zonnig en dan ineens een paar donkere wolken en dan weer zon, wat een heerlijke eerste dag! 

Hallaubrac!

De kriebels om na al mijn TET Frankrijk kilometers van de afgelopen dagen weer terug te keren naar het onverharde zijn best aanwezig. Vandaag gaan we dat echter bij lange na niet halen.

Het is eind van de middag en we gaan op zoek naar een overnachtingsplek. 

Weet je nog dat ik een aantal alinea’s hierboven vertelde dat Erwin naast dat hij een prima navigator is tijdens onze motorreizen een andere kwaliteit bezit (meerdere uiteraard maar daar gaat het nu niet om) die hem de uitgelezen persoon maakt van ons tweeën om het navi werk voorop te doen. Dat is de skill om altijd, serieus.. altijd, een supervet onderkomen te vinden. Of het nu gaat om een hotel of een camping hij weet in no time met het telefoontje in de hand een plek te vinden die (vaak) perfecte parking heeft voor de motoren, goed ontbijt en een goede prijs.. En vaak ook  nog op een leuke locatie. Als je dat aan mij overlaat dan zou ik niet eens weten waar ik moet beginnen met zoeken tussen de 100.000 opties die mijn telefoon biedt. Echt goud, zo ook nu, we zakken helemaal af naar de kust en terwijl de avond valt rijden we de camping Les Floralys aan de buitenrand van Narbonne op. 

Volgens goed gebruik van kloppende motorvakanties komt de eigenaar ’toevallig’ net de camping op lopen. Natuurlijk zijn we welkom, natuurlijk is er een plek. En onder het genot van het gekwaak van een miljoen kikkers (kunnen er ook 2 miljoen zijn ) zetten we onze tentjes op.

Narbonne ligt op een paar kilometer lopen en als we het kanaal de la Robine volgen die ook langs de camping loopt naderen we al kletsend het centrum. Pizza’s bij een norse pizzabakker worden besteld. Met een pintje in het vuistje lopen we naar het kanaal dat een gracht is geworden in het centrum. We nemen plaats op een bankje en verorberen de bier en pizza. Heerlijk die Franse keuken. Binnen 10 minuten is alles op en nemen we ons voor om nu volledig langs het kanaal terug te lopen. Dit blijkt een super goed idee want het is veel rechtstreekser en we hoeven niet langs een weg zonder voetpad terug te struinen in het donker. Het is rond elf uur en ik ben bekaf.

Voor de camping staat een hek, op slot, daar ben ik nu te moe voor. Het hek zal zo’n twee meter hoog zijn dus zonder al teveel nadenken spring ik er tegenop en klim eroverheen. Erwin twijfelt een halve seconde en besluit dan mijn voorbeeld te volgen. Hoppa daar zijn ze weer, op naar de slaapmatjes en tentjes. De motoren vinden we netjes toegedekt terug naast onze tenten. Wat een pracht dag en dit is pas het begin!

Welterusten Donkey!

Pyreneeën Episode 2

Bouillon – La Chapelle (CampingMoto Auvergne)

Goedemorgen donkey!

Het werd laat gisteren bij het kampvuur en in de nachtelijke uurtjes merkte ik al dat dit een nachtje zou gaan worden waarbij ik mijn nieuw aangeschafte zijden liner in mijn donzen slaapzak zou gaan gebruiken..

En dat was geen overbodige luxe, natuurlijk is de basis een goed isolerend matje maar deksels van dik 25 graden overdag naar rond het vriespunt in de nacht. Yup in de Ardennen kan je alles verwachten. Gelukkig lag ik heerlijk ingepakt in mijn tent. Helaas had niet iedereen het zo lekker warm gehad en een aantal mensen waren serieus tot op t bot koud. Dus gauw een koffie, haringen los van het tentje zodat ik hem in het ochtend zonnetje kan laten drogen en een snelle douche.

Onder de douche merk ik ineens dat ik niet alleen ben. Ik kijk om me heen en ineens zie ik hem staan. Een enorme kater! Dan zit er maar één ding op, zo snel mogelijk op de motor de frisse lucht in. Met een iets minder vaste tred begeef ik me terug naar de plek waar Donkey staat en ik voorzie Eva ook nog even van een bakkie. 

Vervolgens is het de spullen in de tas en een schietgebedje dat Donkey start want dat is geen held in koud/ nat weer na een lange nacht stilstaan. Maar donkey is blij, donkey heeft er zin in en start dus na 1 keer drukken op de knop. Na afscheid van Ilian en Eva te hebben genomen laat ik alle bleke neusjes achter me en richt mijn eigen bleke neus richting het zuiden.

Ik rijd een klein stukje naar Bouillon en van daar pak ik de provinciale weg richting Troyes. In Troyes pak ik de TET op westwaarts en daarna richting het zuiden. Het weer is heerlijk, Donkey dendert over de trails (met bescheiden snelheid uiteraard) en voor ik het weet heeft mijn kater gezelschap me verlaten. De paden hier zijn zo onwaarschijnlijk gaaf, enorme open vlaktes in een glooiend landschap, oude dorpjes afgewisseld met landbouw en wijnakkers die op hun beurt weer worden afgewisseld door bos passages met wat leuke, uitdagende singletracks. Echt uitdagend wordt het echter nooit, het is al een tijdje droog en op veel plaatsen is de grond knoeperhard of gewoon stoffig. Maar wel heel mooi rijden en voor t eerst in. Lange tijd doe ik oortjes in om met een lekker muziekje te kunnen genieten van dit uitgestrekte landschap.

Tet Frankrijk pauzeplekje

De dag vliegt voorbij, de kilometers overigens ook. Ik heb alle tijd, na vandaag heb ik nog een hele dag om op de motorcamping in de Auvergne aan te komen waar Erwin en ik hebben afgesproken. Hoewel iedereen die TET heeft gereden waarschijnlijk weet dat afstanden niet zoveel zeggen, TET rijden kost tijd, heel veel tijd.. en dat heb ik gelukkig. Het enige waar ik even voor op moet passen dat zijn de sporen waarvan de opstaande randen ook keihard zijn én die in elkaar overlopen of erger ineens uit elkaar lopen. Als je voorwiel dan in de ene schiet en je achterwiel in de andere kan dat voor pijnlijke of gewoon hilarische momenten zorgen. Dit is vooral tricky in het hoge gras waar je de sporen niet ziet, maar goed dan zie je ook de stenen niet dus zoals altijd tijd bij de gratie des TETs pas ik mijn snelheid nog verder aan naar langzaamheid en hobbelen we vrolijk verder.

Heerlijke paden, oortjes in en gaan!

De volgende uitdaging arriveert en dat is de ondergaande zon oftewel tijd voor een kampeerplekkie. Nu is dat op de TET Frankrijk echt geen probleem, er is zoveel plek overal en als je zorgt dat je je zooi meeneemt en niet achterlaat (nee ook geen blik in een gedoofd vuurtje, en ik weet dat ik nu als een prediker overkom. Echter ik ben dusdanig vaak met of zonder motor in de natuur en begrijp werkelijk waar niet waarom mensen hun zooi van zich af flikkeren. Het is toch veel mooier zonder al die stomme witte doekjes, blikjes of een boterhamzakje) is er niks aan de hand. Waar je wel even op moet letten is dat je niet midden in een jachtterrein gaat staan (ja heb ik ook al eens gehad, geen aanrader), verder no problemo.

Het wordt een prachtige, stille nacht met hier en daar een blaffend ree of jankende vos maar verder helemaal goed. Welterusten Donkey!

Goedemorgen donkey!

I love wildcamping!

Het is niet fris, het is heerlijk deze ochtend, het is 06:40u. Als ik mijn stoeltje erbij pak (love it!) en rustig voor mijn tentje een koffie maak. In de verte hoor ik alweer de knallen van de jagers, niet een heel vreemd geluid in grote delen van Frankrijk. Ze zijn er vroeg bij valt me op. Rustig aan ruim ik mijn boeltje op, haal donkey onder het zeil vandaan en duw hem weg uit de bosrand. De tassen zijn zo weer gepakt, de grote roltas achterop, nog een laatste koffietje en dan.. loopt donkey op 1 cilinder. Ook dat heb ik weleens eerder gehad en na een tijdje bergaf met gas dicht komt de tweede er wel weer bij.. dacht ik. Niet dus. Waar had ik ook alweer de bougiesleutel? In donkey zijn geval is namelijk de meest logische verklaring niet een brandstof probleem maar een vonk probleem, heerlijk he als t zo simpel kan zijn. Natuurlijk moeten wel beiden tassen eraf omdat in één van de twee, helemaal onderin ergens de bougiesleutel en reserve bougies zitten. Maar nadat ik de bougie eruit heb gehaald blijkt inderdaad een volledig vet geslagen bougie de logische oorzaak van het gehinkel op 1 poot. Ik neem niet eens de moeite om hem schoon te maken. Mocht het echt nodig zijn dan komt dat later wel. Ik had twee reserve bougies bij me, waarvan één nu gebruikt. Dus hoppa nieuwe erin, starten en lopen. Boel weer op zijn plek, bougiesleutel en bougie BOVENIN de tas, roltas erop en op naar het volgende stuk TET. 

Het is weer heerlijk rijden, ik daal de TET af richting Clermont Ferrand, onderweg ontmoet ik een groepje van drie Franse motorrijders met dikke eencilinders, ze waarschuwen me voor de modder in het bos. Ik bedank ze voor de waarschuwing en besluit zelf een kijkje te nemen. In het najaar ben ik door een aantal stukken gekomen met Donkey waar de mooiste platen van op Facebook stonden, mannen uitgeput naast hun in de modder verzonken motorfiets. In de TET app staat er dan ook bij, not for big bikes, zo groot is Donkey niet dus ik dacht kan wel. En inderdaad, het kon wel. Zo ook nu, ja het was modderig, maar zoals vaker is ook hier de tijd mijn vriend. Soms kom je een bocht om en heb je te weinig momentum en loop je meteen vast in een plots modderspoor, maar hier was alles overzichtelijk en de sporen in de modder toonden duidelijk waar andere rijders zich vast hebben gereden. Afstappen dus, de beste route voor de mogelijkheden van donkey zoeken en vervolgens als een tractor er doorheen. God I love this bike! 

Al het gespeel en de gave singletracks die ik ook nu weer tegenkom zorgen ervoor dat ik niet op het niet bestaande schema lig. En ineens is het 15:30u. Ik check mijn telefoon en zie dat Erwin enorm flink meters aan het maken is, dat duurt niet lang meer en dan is hij er gewoon. Dus na vier keer afscheid te hebben genomen van de TET om vervolgens toch nog even dat ene paadje te pakken is het de vijfde keer echt klaar, ik rijd door Moulins en besluit vanaf hier over de provinciale weg naar de motorcamping te rijden. Het is verrekte heet in de stad, maar het is wel echt een super mooi stadje. Ik houd een tankstop/ pauze vlakbij de brug en over liggen mensen aan de rivier en er wordt driftig geflaneerd op de boulevard. Het laatste stuk over asfalt schiet onder de wielen door en voor ik het weet zie ik ben ik op de camping moto de Auvergne. 

De ontvangst is zoals het hoort op een motorcamping, ook al zijn ze officieel niet open, met een eerste biertje van het huis en het aanschuiven aan een tafel. Voor ik het weet zitten er nog 1 of 2 goudgele rakkers in. Vervolgens hoor ik het zware gebrom uit de Akra van de KTM komen. Daar issie dan, het gouden duo is weer compleet. Redelijk fris stapt Erwin van het kanon af en wordt uiteraard ook getrakteerd op een pint. Maar het wordt nog beter, ook eten wordt er voor ons gekookt en samen met de eigenaren genieten we van een heerlijk maal. Daarna nog een paar biertjes en vanaf morgen gaan we binnendoor verder richting de Pyreneeën. 

En voor ik welterusten zeg tegen donkey haal ik weer de liner uit de tas, ook hier is rond het vriespunt voorspeld. Ik ben er klaar voor, de vakantie is in full swing dus kom maar op!

Maar eerst: Welterusten Donkey!

Meet Donkey!

– How I fell in love with a Moto Guzzi V50 Nato –

Hey ik ben David en ik ben sinds anderhalf jaar de trotse eigenaar van Donkey – mijn Moto Guzzi V50 Nato. Overgenomen voor wat inmiddels een spotprijs blijkt te zijn van de vorige eigenaar (een krasse knar met mooie verhalen ergens uit het bos in Schaarsbergen, Arnhem).

Hoe kwam ik erop om Donkey aan te schaffen? Geen idee, soms loopt het zo, Guzzi zat eigenlijk nooit echt in mijn vizier. Natuurlijk kende ik “ Man in het zadel’  en ‘ Van hier tot Tokio’ van Paul van Hooff maar verder.. 

Totdat een vriend van me op gave wijze dook in de Guzzi’s waarbij het ‘redden’ van een V35 en een California op het programma stonden. Wat een gave apparaten eigenlijk, simpel en sterk. 

En ik was op zoek naar iets simpels en sterks, ik heb namelijk een droom, het rondrijden over de wereld met een motorfiets. Ik rijd al geruime tijd motor, woon – werk, vakanties, alles eigenlijk, en ik doe eigenlijk niets liever. Mijn huidige motor is een Honda vfr 750 f uit ’94 waar ik zojuist 206.000km op de klok heb gezet. Ik heb dit beest gekocht bij 42.000km. Een korte illustratie dus om nog korter te kunnen zeggen, ik hou van motorrijden. De vfr is veruit het betrouwbaarst dat ik ooit heb gereden. Ze heeft mij dan ook nog nooit laten staan. En hoe betrouwbaar ook, al een tijdje merkte ik dat ik eigenlijk ook wel eens een zandpad wilde pakken en daar is 245kg droog! En een straatmotor mij net wat teveel van het goede. Begrijp me niet verkeerd ik heb het wel gedaan maar het is niet heel comfy. In Slovenië bleek de helft van de routes die ik wilde rijden over onverharde paden te gaan en ook in Zweden was het een aantal jaren geleden heel normaal als je op doorgaande routes over gravelwegen kwam.

Enter het idee van simpel en sterk, als ik mijn droom wil waar maken dan ga ik zeker het continent Afrika bezoeken, ik ken het daar inmiddels een beetje (zie het artikel: reizen met Jan) en weet dat het toch handiger is om een iets meer allroad- achtige motor te kiezen. Er is alleen echter één probleem (nou ja twee als je het financiële aspect meetelt); Ik vind ze allemaal lelijk! Allemaal? Nou bijna allemaal op de oude Africa Twin na (maar die vind ik te groot voor mij) & de Guzzi V85TT (maar die is te onbetaalbaar én te log.. oh en te niet-simpel). Ik kijk naar iets jaren ‘80s naar iets sterks, naar iets waar vriend Erwin van zou zeggen: “ Tja als ik een motor koop moet ik er gewoon een dikke piemel van krijgen, iedere keer als ik er naar kijk” En gelijk heeft ie, vind ik dan. Ik heb het nog steeds bij het prachtige (inmiddels vaal) rode lijnen spel van de vfr, met de single side swingarm en mijn high mount bos demper. Het  ‘yes! Dat is mijn motor gevoel!’  Ken je dat?

De enige serieuze optie is al heel lang de BMW r80 g/s en ik heb gekeken naar een Bumblebee bmw r100gs maar allejezus wat zijn die dingen duur inmiddels zeg. Toch bezit het de techniek en robuustheid waar ik naar op zoek ben. Plus, het feit dat je met ducktape en een schroevendraaier een heel eind komt. Maar zoals hier boven vermeldt, de R80 G/S – ja de originele met enkele kruiskoppeling in de cardan aandrijving is een collectors item met dito prijs (voorlopig onbetaalbaar voor mij) en dan de R100 gs Dakar, niet zo prijzig als de r80 maar wel zwaar. Gewoon echt een grote motor voor mij (1.76m), niet op de weg maar in het zand zie ik me met mijn gebrekkige techniek maar compenserend enthousiasme met zo’n bakbeest niet ver komen.

Dan is het toch logischer om naar een 1 cilinder te kijken, een f650 of een xtz maar ja, die vind ik echt geen uitstraling hebben. Zegt wat over mij, weet ik, maar ik mag er iedere dag naar kijken en op zitten. Oftewel ik bepaal.  

Totdat ik tegen de V50 aanliep, de beste man deed niet aan marktplaats en had een bordje op de motor gehangen met te koop. Na een beetje kletsen en wat gedraal van mij om de motor heb ik besloten hem te kopen. Geinig ding en als ik het niks vond qua rijden kon ik altijd nog besluiten om het kenteken te schorsen en hem op te slaan als investering voor de toekomst. Cognitieve dissonantie ten top (weer eens verliefd voordat het denkende deel van mijn brein het doorhad), alles rechtgeluld wat krom was, naar de pin automaat en hoppa ik was een Guzzi rijker. En na goed overleg en wat vragen van de kant van Erwin (hij heeft ook die andere Guzzi’s verbouwd en is de amigo waar ik veruit de meeste motor vakanties mee heb gedaan) bleek het een Moto Guzzi  V50 Nato te zijn. 

Net gekocht: Alleen de kickstarter (onder de voetsteun) en het contactslot verraden dat er een Nato onder zit.

Sidebar; ik was ziek. Ik had Long Covid en er moest het behoorlijk wat aan de Guzzi gebeuren. Erwin zag al direct de potentie, hij heeft een oog voor dit soort dingen. Fantastische kerel die hij is, kwam direct met de aanbieding om de Guzzi onder zijn hoede te nemen en meer terug te brengen naar origineel (maar met een twist). Daar hoefde ik geen seconde over na te denken, natuurlijk, graag!

Al vrij snel bevonden we ons in de motorzaak van Mark Wilmink, van MW-motoren. Na veel kletsen en vragen, het is allemaal nieuw voor mij, kwamen we buiten met twee flinke dozen. Een met onderhoudsmiddelen voor regulier onderhoud:

Olie + filter

Luchtfilter + bougies

Bakolie

Cardanolie + toevoeging 

Carb revisie setjes

Allerlei pakking ringen

Klepdekselpakkingen

En een doos met overigen, waar met Mark naar goed gebruikte tweedehands spullen werd gezocht. Superfijn advies gekregen en mooie toelichting op alles,. Zeer blij met deze spoedcursus V50 Nato.

Overigen:

  • originele knippers
  • Buddysit
  • Uitlaatdempers 2x
  • Zijtassen 
  • Bus voor in de versnellingsbak bij de kruiskoppeling
  • Benzinekruis
  • Retourslang carterventilatie
  • Nato lak

En ineens was het dan zover en mocht ik de motor ophalen bij Erwin, ik geloofde mijn ogen niet!

Wat een ruige scrambler kwam er onder vandaan zeg! 

Na de aandacht van Erwin.. Wat een verschil he!?

Intussen waren er  ook nieuwe banden opgekomen Heidenau K60, wat een stoer uiterlijk geven die de motor zeg! En ze zijn hartstikke goed onder deze motor (kan ik na mijn derde setje wel verklappen, ze gaan dus niet zo lang mee, 5000km). Heel tof, en dus banden erop om ook het zand mee te trotseren. 

Wat een ding! Ik heb nog nooit zoveel lol gehad op zo’n laag tempo! –

Nadat ik zelf beide carburateurs heb gereviseerd en mijn vader doodleuk even met een schroevendraaiertje de afstelling fikste op de oprit was het tijd om te gaan rijden!

Erwin had intussen een Honda Transalp 650 aangeschaft om ook wat ervaring van het asfalt af op te doen. Grappig, jaren hiervoor had ik naast mijn straatmotorfietsen een Honda XL500R, dikke eencilinder. Deze gebruikte ik onder andere om in de winter naar mijn werk te rijden over een landbouwpad langs de spoorlijn naar Ede, sneeuw, modder alles kwam voorbij. En toch, toch raakte ik niet verslingerd aan het rijden in de modder. Ik zoek de verklaring in twee dingen:1. De dikke klappen van de eencilinder vond ik erg imposant waardoor ik nogal geïntimideerd was en meer als op eieren reed ipv het uitproberen van technieken die me meer vertrouwen konden geven. 2. Ik ben regelmatig op zoek gegaan in de buurt naar plaatsen om lekker van de gebaande paden af te rijden, dit bleek een flinke demotiverende uitdaging in mijn omgeving (Arnhem dus). Veel verder dan de tractorpaden langs de dijk of de enkele boerenweg in de buurt van Ede/ Barneveld kwam ik niet. 3. Ja, toch een derde punt bedenk ik me net. De klappen van de kickstarter als je niet vol overtuiging trapte én tijdig je knie weer optrok waren niet te zuinig. Noem me wat je wil, maar dit vond ik echt niet fijn, ook niet charmant. Terug naar de Guzzi.

Tegenwoordig hoef je niet te zoeken naar landweggetjes, nee, voor zo lang als het duurt zijn er mensen bezig geweest met het maken van een route met zoveel mogelijk offroad paden (legaal!) In ons eigen landje! Over de voor- en nadelen en hoe men zich dient te gedragen ga ik niet schrijven, daar wordt al genoeg over gezegd. Ondertussen ben ik super dankbaar dat het bestaat en dat ik mag meemaken dat er dus een community is die hier veel energie in steekt. Duizend maal dank!

En dus zijn Erwin en ik een paar dagen TET gaan rijden in Nederland en dat beviel… heel goed! ( Zie mijn andere artikel over TET NL )

Meer en meer leerden Donkey en ik elkaar kennen en al snel was ik verliefd. 

Aanvankelijk was de naam van de Guzzi Laura (naar die Italiaanse zangeres waar ik heimelijk verliefd op was in mijn ontluikende tienerjaren). Ik ben inderdaad zo’n iemand die zijn motorfietsen (auto’s & brommers in het verleden) een naam geeft. Zoals persoonlijke held Valentino Rossi al zei: “The bike has a soul” – En ja dat geloof ik echt, ik hoor en voel aan mijn motor wanneer hij blij is, vermoeid of geen zin heeft.

Misschien ben ik teveel alleen 😉 Maar zoals zo vaak kwam de naam (Donkey) ineens  tot me tijdens een van deze TET ritjes met Erwin, sindsdien is Laura uit het raam (Anglicisme??),en zijn kreten als “Here’ssss the Donkey!” & “ Donkey knows the way”  alom jargon in mijn helm en gesprekken na en tijdens ritten.

Het maakte niet uit wat ik van Donkey vroeg, hij deed het gewoon. En telkens als ik aan de andere kant van een zandheuvel, modderpoel of singletrack stond met een enorme grijns in mijn helm moest ik denken aan de woorden van Jeremy Clarkson wanneer hij weer eens onder de indruk was van één van de auto’s waar hij mee reed en het uitschaterde: “ What a machine you areeeee” 

Natuurlijk na jarenlange stilstand had vooral Erwin er aanvankelijk wat werk aan, maar al vrij snel viel alles op zijn plaats en zou blijken dat Donkey en ik bestemd zouden zijn voor nog vele mooie kilometers samen. 

Niks gaat vanzelf met Donkey maar vrijwel alles is superleuk, ik heb werkelijk waar nog nooit zoveel lol gehad op zo’n laag tempo. En ja, sterk en eenvoudig zijn de sleutelwoorden waar dit beestje aan voldoet. Nooit intimiderend maar tot nu toe altijd beter en sterker dan verwacht. Me loves the Donkey!

TET NL – Donkey en de Alp

Voor meer Donkey verhalen check: Reizen met Donkey.